Direct naar content gaan

Samenvatting

X (bv; belanghebbende), een rederij, verkoopt in het op 31 mei 1989 eindigende boekjaar twee trawlers en vormt voor de boekwinst en vervangingsreserve.Op 21 december van het volgende boekjaar huurt X van C BV een nieuwgebouwde trawler. Op 10 mei van dat boekjaar koopt X de aandelen in C BV. Met ingang van 1 juni 1990 wordt een fiscale eenheid gevormd tussen X en C BV.

De inspecteur rekent de vervangingsreserve tot de winst 1989/1990. Hof Den Haag stemt hiermee in.

De Hoge Raad bepaalt echter dat voormelde gang van zaken geen andere gevolgtrekking toelaat dan dat het voornemen van X erop was gericht over te gaan tot verwerving van het nieuwe schip als bedrijfsmiddel dat de afgestoten trawlers zou vervangen. Met de totstandkoming van de fiscale eenheid is deze vervanging gerealiseerd, aangezien alsdan het schip tot het vermogen van X is gaan behoren. De Hoge Raad vernietigt dan ook de uitspraak van het Hof Den Haag.

Metadata

Rubriek(en)
Vennootschapsbelasting
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
1989-1990
Instantie
HR
Datum instantie
25 maart 1998
Rolnummer
32
ECLI
ECLI:NL:HR:1998:AA2520
bwbr0002672&artikel=15,bwbr0002672&artikel=15&lid=1,bwbr0002672&artikel=15aj&lid=1,bwbr0011353&artikel=3.54,bwbr0011353&artikel=3.54&lid=1,bwbr0011353&artikel=3.54&lid=12,bwbr0011353&artikel=3.54&lid=2,bwbr0011353&artikel=3.54&lid=3,bwbr0011353&artikel=3.54&lid=7,bwbr0011353&artikel=3.64&lid=1

Naar de bovenkant van de pagina