Direct naar content gaan

Samenvatting

X (belanghebbende) heeft in haar aangifte IB/PVV 2014 verklaard dat zij voldoet aan de voorwaarden voor uitbetaling van heffingskorting(en). In de aangifte is vermeld dat het drempelinkomen van haar partner € 134.519 bedraagt, en de door haar partner verschuldigde IB/PVV € 61.431. Bij definitieve aanslag van 29 maart 2018 heeft de Inspecteur de aan X uit te betalen gecombineerde heffingskorting (die verhoogd is op grond van artikel 8.9 Wet IB 2001) vastgesteld op € 5.121.

De partner van X heeft in 2011 een verzoek gedaan om een vastgesteld verlies uit aanmerkelijk belang om te zetten in een belastingkorting op grond van artikel 4.53 Wet IB 2001. Dit verzoek is met dagtekening 23 september 2011 gehonoreerd. De belastingkorting is vastgesteld op € 644.085. Verrekening van de belastingkorting heeft onder meer geleid tot vermindering van de aanslag IB/PVV 2014 naar nihil (dagtekening 27 juli 2018).

Naar aanleiding van de verrekening van de belastingkorting bij de partner heeft de Inspecteur aan X een navorderingsaanslag IB/PVV 2014 opgelegd en de (uitbetaalde) gecombineerde heffingskorting nagevorderd. In geschil is of de navorderingsaanslag terecht is opgelegd.

Hof Den Bosch oordeelt dat sprake is van een nieuw feit dat navordering rechtvaardigt. X heeft niet aannemelijk gemaakt dat de aanslagregelaar bekend was met de beschikking belastingkorting aan de fiscale partner van X. De Inspecteur was volgens het Hof ook niet verplicht om het dossier van de fiscale partner te raadplegen.

Het Hof oordeelt verder dat Rechtbank Zeeland-West-Brabant artikel 8.8 en 8.9 Wet IB 2001 juist heeft toegepast. De gecombineerde inkomensheffing verminderd met de gecombineerde inkomensvermindering van de fiscale partner van X bedraagt nihil. Het hoger beroep is ongegrond.

De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie tegen deze uitspraak verworpen onder verwijzing naar artikel 81 Wet RO (21/02623)

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2014
Instantie
Hof Den Bosch
Datum instantie
3 juni 2021
Rolnummer
20/00550
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2021:1678
NLF-nummer
NLF 2021/1315
Aflevering
1 juli 2021
bwbr0011353&artikel=8.8,bwbr0011353&artikel=8.8,bwbr0011353&artikel=8.9,bwbr0011353&artikel=8.9

Naar de bovenkant van de pagina