Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

In deze zaak is in geschil of de Inspecteur terecht ter zake van werknemer A een loonkostenvoordeel oudere werknemer heeft geweigerd (2018).

Werkgevers kunnen vanaf 1 januari 2018 op grond van de Wtl aanspraak maken op loonkostenvoordeel oudere werknemers. In artikel 6.2 Wtl is een overgangsregeling getroffen voor de werknemers waarvoor in 2017 al gebruik is gemaakt van de premiekorting. De overgangsregeling vindt toepassing indien (i) daar om wordt verzocht door de werkgever die (ii) in de aangifte over het laatste aangiftetijdvak van 2017 de premiekorting heeft toegepast en (iii) in die loonaangifte de indicatie voor de premiekorting heeft aangegeven. Verder volgt uit de wettekst dat voor deze werkgever ook de mogelijkheid bestaat om uiterlijk op 1 mei 2018 een correctiebericht voor de loonheffingen in te dienen, waarin de hiervoor bedoelde aangifte alsnog met de indicatie voor premiekorting wordt aangevuld.

X voldoet ter zake van werknemer A aan de voorwaarden van artikel 6.2, onderdeel a en b, Wtl.

Aan voorwaarde c is niet (tijdig) voldaan uitsluitend ten gevolge van een (software)fout waarvan X op 1 mei 2018 niet op de hoogte was, waarvan hij op die datum ook redelijkerwijs niet op de hoogte hoefde te zijn en waarvan hem ook overigens geen verwijt kan worden gemaakt.

Volgens Hof Arnhem-Leeuwarden valt, naar de Inspecteur ook ter zitting heeft erkend, niet in te zien waarom de aangifte voor de toepassing van het overgangsrecht niet ook ná 1 mei 2018 zou mogen worden gecorrigeerd of waarom niet ook op andere wijze zou mogen worden aangetoond dat tot 1 januari 2018 op het niveau van een individuele werknemer de premiekorting werd toegepast, bijvoorbeeld in het kader van bezwaar en beroep tegen de beschikking Wtl 2018. Gelet hierop moet aan X ten aanzien van A het loonkostenvoordeel worden toegekend, gelijk Rechtbank Gelderland heeft beslist. Nu partijen zich voor dat geval evenwel eensluidend op het standpunt hebben gesteld dat het Hof het loonkostenvoordeel oudere werknemer zelf kan vaststellen, blijft de uitspraak van de Rechtbank in zoverre niet in stand.

Metadata

Rubriek(en)
Sociale verzekeringen
Belastingtijdvak
2018
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
17 mei 2022
Rolnummer
21/00713
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2022:4052
NLF-nummer
NLF 2022/1133
Aflevering
9 juni 2022

Naar de bovenkant van de pagina