Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

Een importeur heeft op 14 maart 2011 met betrekking tot de registratie in het Nederlandse kentekenregister van een Audi, type A3 Sportback, afkomstig uit een andere lidstaat van de Europese Unie, een bedrag van € 451 aan BPM op aangifte voldaan.
De Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar ter zake van de voldoening op aangifte een teruggaaf verleend van € 53 omdat dit bedrag aan belasting in strijd met het Unierecht is geheven.
De Inspecteur heeft hierbij € 2 aan rente vergoed.
Hof Den Haag heeft in een proefprocedure beslist dat de Inspecteur gehouden is een passende rente te vergoeden over in strijd met de regels van de EU geheven BPM.
Het heeft het rentepercentage op 4 gesteld, steeds de hoogste van de wettelijke rente en de invorderingsrente. Die rente wordt vergoed over de periode waarin de kentekenhouder dat BPM-bedrag kwijt was.
Het Hof heeft de rentevergoeding over € 53 in deze zaak berekend op € 3, met welk bedrag de rente die reeds is vergoed, € 2, dient te worden verrekend.
Het Hof heeft voorts beslist dat recht bestaat op een proceskostenvergoeding.
Aangezien volgens het Hof sprake is van bijzondere omstandigheden is het bij de toekenning van de kostenvergoeding afgeweken van het puntensysteem.
De importeur heeft daarop cassatieberoep ingesteld.
De Hoge Raad verklaart dit ongegrond voor zover het opkomt tegen de door het Hof in aanmerking genomen rentevoet.
Voor een geval als het onderhavige voldoen de in artikel 30f, lid 5, AWR (tekst 2011 en 2012) neergelegde rentevoet alsmede de methode van enkelvoudige berekening.
De door het Hof toegekende vergoeding met toepassing van de – hogere – wettelijke rente is hoger dan waarop de importeur recht heeft.
Ook de overige cassatiemiddelen, die met name betrekking hebben op de verleende proceskostenvergoeding, worden verworpen.
Het Hof mag een proceskostenvergoeding matigen op de grond dat onverkorte toepassing van het forfaitaire systeem in de bijlage bij het Besluit proceskosten bestuursrecht zou leiden tot een vergoeding die de werkelijke kosten ver overtreft, aldus de Hoge Raad.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2011
Instantie
HR
Datum instantie
9 oktober 2015
Rolnummer
14/04108
ECLI
ECLI:NL:HR:2015:2990
bwbid=bwbr0&artikel=30f,bwbid=bwbr0&artikel=8:75

Naar de bovenkant van de pagina