Direct naar content gaan

Samenvatting

X is een in Duitsland wonende kunsthandelaar. Hij exploiteert kunstgalerijen in meerdere Duitse steden. In de loop van 2014 zijn aan hem ook kunstvoorwerpen geleverd, afkomstig van in andere lidstaten gevestigde kunstenaars. Deze leveringen zijn in de lidstaat van vestiging van de kunstenaars telkens aangegeven als vrijgestelde intracommunautaire leveringen.

X heeft overeenkomstig de Duitse Wet OB over deze leveringen het lage btw-tarief betaald. Dit heeft krachtens de Duitse Wet OB tot gevolg dat de margeregeling bij de wederverkoop door X niet kan worden toegepast.

De vraag is of dit verenigbaar is met het Unierecht (artikel 311 en verder Btw-richtlijn). Het Bundesfinanzhof heeft hierover aan het HvJ prejudiciële vragen gesteld.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
2014
Instantie
HvJ
Datum instantie
19 april 2022
Rolnummer
C-180/22
NLF-nummer
NLF 2022/0827
Aflevering
28 april 2022
celex32006l0112&artikel=312,celex32006l0112&artikel=312,celex32006l0112&artikel=315,celex32006l0112&artikel=315,celex32006l0112&artikel=316,celex32006l0112&artikel=316,celex32006l0112&artikel=317,celex32006l0112&artikel=317,celex32006l0112&artikel=78,celex32006l0112&artikel=78

Naar de bovenkant van de pagina