Direct naar content gaan

Samenvatting

Deze zaak gaat over X (belanghebbende) en de erven van haar in 2019 overleden echtgenoot. Zij ontdekten dat zij een te hoog bedrag aan hypotheekrente in aftrek hadden gebracht voor het jaar 2018. Om dit recht te zetten hebben zij, nadat de primitieve aanslag was opgelegd, herziene aangiften ingediend. In deze herziene aangiften namen zij een lager bedrag aan negatieve belastbare inkomsten uit eigen woning in aanmerking en veranderden zij de keuze voor toerekening van deze inkomsten. De Inspecteur legde vervolgens aan X en de erven van de echtgenoot navorderingsaanslagen op, maar negeerde daarbij de herziene toerekening.

Het inhoudelijke geschilpunt in deze zaak is of herverdeling van negatieve belastbare inkomsten uit eigenwoning mogelijk is bij een niet-onherroepelijke navorderingsaanslag indien de verdeling al was opgenomen in een onherroepelijk geworden primitieve aanslag.

Hof Arnhem-Leeuwarden heeft geoordeeld dat X en de erven van de echtgenoot kunnen terugkomen van de verdeling van het negatieve inkomen uit de eigen woning ondanks dat deze verdeling al vaststond in de onherroepelijk vaststaande primitieve aanslagen.

De staatssecretaris komt in cassatie op tegen dit oordeel van het Hof, maar volgens A-G Koopman faalt het middel.

Het cassatieberoep is ongegrond, aldus de A-G.

Zie de bij deze zaak behorende gemeenschappelijke bijlage (ECLI:NL:PHR:2024:1185, NLF 2024/2603).

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2018
Instantie
A-G
Datum instantie
25 oktober 2024
Rolnummer
24/01208
ECLI
ECLI:NL:PHR:2024:1134
Auteur(s)
mr. T.C. Hoogwout
Erasmus Universiteit Rotterdam / Zelfstandig belastingadviseur
NLF-nummer
NLF 2024/2600
Aflevering
26 november 2024
Judoregnummer
JCDI:NFB6667
bwbr0011353&artikel=2.17,bwbr0011353&artikel=2.17

Naar de bovenkant van de pagina