Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (bv; de belanghebbende in deze hogerberoepszaak) en zestien andere belanghebbenden zijn allen eigenaar en/of gebruiker van onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen (niet-woningen) in de gemeente Súdwest-Fryslân.

De gemeente heeft besloten om via een verhoging van de OZB (OZB-opslag) de realisatie van een ondernemersfonds mogelijk te maken. Met LTO is afgesproken dat de agrariërs de OZB-opslag terugkrijgen. Ook andere (groepen van) ondernemers kunnen deze OZB-opslag terugkrijgen als de meerderheid binnen die groep daartoe besluit.

Rechtbank Noord-Nederland heeft geoordeeld dat ter zake van de OZB-opslag sprake is van een tariefdifferentiatie in strijd met artikel 220f Gemw en dat de Verordening OZB 2021 ten aanzien van de zeventien belanghebbenden in zoverre onverbindend is. De aanslagen zijn verminderd met de OZB-opslag van 0,033% voor zover het de eigenarenbelasting betreft inzake de niet-woning(en) en met 0,027% voor zover het de gebruikersbelasting betreft inzake de niet-woning(en).

De Heffingsambtenaar heeft hoger beroep ingesteld maar Hof Arnhem-Leeuwarden verklaart dat ongegrond. De gemeente heeft een verdergaande tariefdifferentiatie toegepast dan is toegestaan.

Metadata

Rubriek(en)
Lokale heffingen
Belastingtijdvak
2021
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
14 januari 2025
Rolnummer
23/2546
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2025:156
NLF-nummer
NLF 2025/0239
Aflevering
28 januari 2025
bwbr0005416&artikel=220f,bwbr0005416&artikel=220f

Naar de bovenkant van de pagina