Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Politieke column

Het is de kracht van de herhaling. Daarom blijf ik in de vlek wrijven. Bovendien, wat moet ik anders? Moet ik ook jubelen dat Nederland koploper is met het vorige week bij de Kamer aanhangig gemaakte wetsvoorstel voor de invoering van een minimumwinstbelasting? Op het ministerie van Financiën lopen ze de polonaise. Het omzetten van een internationale verplichting in nationale wetgeving is kennelijk voortvarend ter hand genomen. Andere landen hebben het nakijken, en zijn wat later met hun wetgeving. 

Wie jolig is over het als een voorloper indienen van een verplicht wetsvoorstel viert in wezen het feestje van anderen. Zeker in dit geval. Criticasters zijn tevreden dat het hun is gelukt Nederland schuldbewust te maken van het in het verleden gevoerde fiscale beleid. 

Zullen de directeuren-generaal Smink van de Belastingdienst en Hak van Toeslagen ook meelopen in de polonaise? Met de feestneus op de indiening van een fiscaal wetsvoorstel vieren, terwijl je zelf fiscale wetgeving aan het laarsje lapt? Bij de Belastingdienst en bij het dienstonderdeel Toeslagen is immers een groot aantal werknemers aan de slag voor wie de Wet op de loonbelasting 1964 niet van toepassing is. Deze uitknop kent die wet helemaal niet op die manier, maar via een ‘uitzonderingsprocedure’ geeft de directeur-generaal van het desbetreffende dienstonderdeel expliciet toestemming voor het ondermijnen van de loonbelastingwet. 

Door deze organisatorische inbedding zijn de Belastingdienst en de Toeslagenclub te kwalificeren als ‘kwaadwillenden’ die willens en wetens een situatie van evident werknemerschap naar een dark room laten ontsnappen. Quote van belastingstaatssecretaris Van Rij in een schrijven aan de Tweede Kamer van eind mei over de aanpak van schijnzelfstandigen: ‘Daarbij wordt corrigerend opgetreden in het geval van kwaadwillendheid.’ Van Rij meldt nog expliciet dat het handhavingsmoratorium niet geldt voor kwaadwillenden en dat de Belastingdienst in die gevallen zal naheffen. Zou Van Rij zo bevangen zijn door het gesleutel aan box 3 dat hij zijn eigen verantwoordelijkheid voor de Belastingdienst is vergeten? Iedereen de maat nemen, maar zelf het spoor bijster zijn.  

Ergens begrijp ik wel dat die directeuren-generaal zich niet zo druk maken. Hun ambtsvoorgangers maakten er een puinzooi van, maar zij hebben het stoffer en blik nooit zelf in de hand hoeven nemen. Oud-directeur-generaal Leijtens fabriceerde bijvoorbeeld de fameuze vertrekregeling, waardoor zo veel medewerkers uitstroomden dat de Belastingdienst op apegapen kwam te liggen. Hij vertrok en is inmiddels door het kabinet gelanceerd als directeur van de Europese grensbewaker Frontex. 

En de voorlaatste directeur-generaal Uijlenbroek loog als Pinokkio tijdens een verhoor onder ede door een parlementaire ondervragingscommissie. Hij had naar zijn zeggen het klokkenluidersmemo over de Toeslagenaffaire nooit gezien en greep dus niet in. Hij had het echter wel gezien, maar greep desondanks niet in, waardoor de affaire monsterlijk werd. 

Uijlenbroek ontsnapt aan een vervolging wegens meineed, zo maakte het Openbaar Ministerie anderhalve week geleden bekend. Uit onderzoek is gebleken dat het desbetreffende memo destijds niet de betekenis had die het later kreeg, en daardoor toen makkelijker vergeten kon worden. Verstopt in de stapel met andere memo’s, zoiets dus. Daarom is de kracht van de herhaling dus belangrijk. Eén memo is geen memo.

De indruk ontstaat dat beleidsbeslissingen van de ambtelijke top niet zoveel uitmaken. Je komt er toch wel mee weg. Je kunt je herinnering uitzetten. Je kunt zelfs je actieve herinnering uitzetten, zo leerde premier Rutte zijn ambtelijke corps. Je kunt dus ook de belastingwet uitzetten. En daarna, hop weer door. De bizarre situatie dat de Belastingdienst zichzelf toestaat zich niet aan de belastingwet te houden, maakt mij verdrietig. Al drie weken zit ik op mijn columnistenstoel te treuren van ongemak. Wat je dan moet doen? Inderdaad, handen vooruit en vrolijk banjeren.

Metadata

Rubriek(en)
Overig
Auteur(s)
mr. dr. M.P.A. Spanjers
Columnist
NLF-nummer
NLF-P 2023/21
Publicatiedatum
5 juni 2023

Naar de bovenkant van de pagina