Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (belanghebbende) was in 2015 als schipper in loondienst werkzaam aan boord van een schip dat pleegt in de Rijnvaart te worden gebruikt. De eigenaar van het schip is gevestigd in Nederland. Het schip wordt geëxploiteerd door SA 1, gevestigd te Luxemburg. X was van 1 januari tot en met 31 mei 2015 in dienst van SA 1 (50%) maar ook voor SA 2 (50%), gevestigd te Bulgarije. Vanaf 1 juni 2015 was X volledig in dienst van SA 1.

In geschil is in de eerste plaats of de Inspecteur X voor de periode 1 januari 2015 tot en met 31 mei 2015 terecht heeft aangemerkt als verplicht verzekerd, en dus premieplichtig, in Nederland.

Dat is volgens Rechtbank Zeeland-West-Brabant het geval.

De werkzaamheden voor SA 2 heeft X niet verricht in Bulgarije. De beloning van de Bulgaarse werkgever is ook niet gegeven voor de beroepswerkzaamheden van X als varend personeel op het schip. De Rechtbank is met de Inspecteur van oordeel dat een beloning die wordt toegekend omdat X andere schippers met succes benadert voor opslag, niet voor de werkzaamheden van X als Rijnvarende wordt toegekend.

Tussen partijen staat vast dat X van 1 januari 2015 tot en met 31 mei 2015 niet een substantieel deel van zijn werkzaamheden aan boord van het schip in Nederland heeft verricht. Volgens de Rechtbank moet op basis van artikel 13, onderdeel b, Verordening 883/2004 worden bepaald waar X verzekerd is. Dat is in Nederland, aldus de Rechtbank.

De Rechtbank oordeelt verder dat de dienstbetrekking met SA 2 niet in Bulgarije is uitgeoefend. Op grond van artikel 15, lid 1, Verdrag Nederland-Bulgarije zijn de inkomsten dan belastbaar in Nederland. Dat betekent dat terecht geen aftrek ter voorkoming van dubbele belasting is verleend.

Metadata

Rubriek(en)
Sociale verzekeringen
Belastingtijdvak
1 januari t/m 31 mei 2015
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum instantie
27 oktober 2022
Rolnummer
18/5416
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2022:6233
NLF-nummer
NLF 2022/2322
Aflevering
24 november 2022

Naar de bovenkant van de pagina