Direct naar content gaan

Samenvatting

Aan X (bv; belanghebbende) is een naheffingsaanslag BPM opgelegd ter zake van een uit Duitsland afkomstige, gebruikte personenauto.

Rechtbank Gelderland heeft de naheffingsaanslag verminderd en een proceskostenvergoeding vastgesteld.

In hoger beroep was de hoogte van het afschrijvingspercentage als bedoeld in artikel 10, lid 2, Wet BPM in geschil.

Hof Arnhem-Leeuwarden heeft geoordeeld dat het in voornoemd artikel bedoelde bedrag aan ‘belasting van personenauto’s en motorrijwielen op het tijdstip waarop het motorrijtuig voor het eerst in gebruik is genomen’ moet worden gebaseerd op de CO2-uitstoot van de referentieauto.

Het tegen dit oordeel ingestelde cassatieberoep slaagt op de gronden die zijn vermeld in rechtsoverweging 3.2.1 tot en met 3.3.2 van het arrest van de Hoge Raad van 22 december 2023 (22/00137, ECLI:NL:HR:2023:1703, NLF 2024/0320, met noot van Soltysik).

Het Hof heeft de toe te kennen proceskostenvergoeding met de helft verminderd tot € 1.939 omdat X op ondergeschikte onderdelen in het gelijk is gesteld (toepassing extra leeftijdskorting, waarover eigenlijk geen geschil bestond, en de toe te passen ‘waarde per punt’ in het kader van de proceskostenvergoeding).

X komt ook terecht op tegen de vermindering die het Hof heeft toegepast.

Het Hof heeft ten onrechte de door de Rechtbank aan X toegekende vergoeding voor de bezwaarfase verminderd omdat in hoger beroep niet is aangevoerd dat deze vergoeding te hoog was. In zo’n geval is het Hof niet bevoegd ambtshalve die vergoeding te verminderen.

Wat betreft de door de Rechtbank toegekende vergoeding voor de fase van beroep voert X terecht aan dat het Hof hetzij zijn beslissing om die vergoeding te verminderen heeft gebaseerd op een onjuiste rechtsopvatting, hetzij die beslissing ontoereikend heeft gemotiveerd.

De Hoge Raad doet de zaak af. De naheffingsaanslag BPM wordt verminderd en de Inspecteur wordt veroordeeld in de kosten van beroepsmatig verleende rechtsbijstand in bezwaar, beroep en hoger beroep tot een bedrag van in totaal € 3.878.

Metadata

Rubriek(en)
Autobelastingen
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2019
Instantie
HR
Datum instantie
14 februari 2025
Rolnummer
23/01768
ECLI
ECLI:NL:HR:2025:243
NLF-nummer
NLF 2025/0410
Aflevering
18 februari 2025
bwbr0005806&artikel=10,bwbr0005806&artikel=10,bwbr0006358&artikel=2&lid=2,bwbr0006358&artikel=2&lid=2

Naar de bovenkant van de pagina