Direct naar content gaan

Samenvatting

Artikel 11, eerste lid, onderdeel v, van de Wet op de omzetbelasting (Wet OB) regelt een vrijstelling voor fondswervende activiteiten door organisaties die voor hun primaire activiteiten zijn vrijgesteld van de heffing van btw. Hiermee wordt voorkomen dat deze organisaties voor hun fondswervende prestaties wel in de heffing van btw worden betrokken.
Om ernstige verstoring van concurrentieverhoudingen te voorkomen is de vrijstelling beperkt tot bepaalde maxima aan ontvangsten.
In dit besluit is een toelichting op de wettelijke vrijstelling opgenomen. Ook zijn er enkele goedkeuringen opgenomen op het gebied van de fondswerving. Verder is in dit besluit een aparte regeling voor kantineactiviteiten opgenomen die geldt voor specifiek aangewezen ondernemers.
Dit besluit is een actualisering van het besluit van 20 december 2012, nr. BLKB 2012/1982M.
Actualisering is onder meer nodig in verband met de ophoging van de grens voor fondswervende diensten voor sportverenigingen naar 50.000 euro in artikel 11, eerste lid, onderdeel v, Wet OB, en de afschaffing van de kantineregeling voor sportverenigingen
Verder zijn enkele redactionele wijzigingen doorgevoerd.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingen van rechtsverkeer
Belastingtijdvak
2014 e.v.
Instantie
MvF
Datum instantie
18 december 2013
Rolnummer
BLKB2013/2001M
bwbr0002629&artikel=8&lid=2,bwbr0002629&artikel=11&lid=1,bwbr0002629&artikel=11&lid=1

Naar de bovenkant van de pagina