Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (bv; belanghebbende) is btw-ondernemer. Haar dga woont in Spanje. X heeft verder geen personeel in dienst. X drijft een groothandel in alcoholhoudende dranken. Zij heeft op haar leveringen het nultarief toegepast. De Inspecteur heeft de toepassing van het nultarief met naheffingsaanslagen gecorrigeerd.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat X is gevestigd in het land van de woonplaats van haar bestuurder, te weten Spanje. X heeft in Nederland geen vaste inrichting zodat zij een fiscaal vertegenwoordiger had moeten aanstellen om het nultarief te kunnen toepassen op haar leveringen van accijnsgoederen in een accijnsgoederenplaats als bedoeld in de Wet Accijns. Deze extra eis is gerechtvaardigd, aldus de Rechtbank. Nu X geen fiscaal vertegenwoordiger heeft aangesteld, heeft zij op die leveringen ten onrechte het nultarief toegepast. De naheffingsaanslagen zijn daarom terecht aan haar opgelegd.

Het beroep is ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
2018-2019
Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum instantie
29 oktober 2024
Rolnummer
23/2431; 23/2456
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2024:20528
NLF-nummer
NLF 2024/2806
Aflevering
17 december 2024
bwbr0002629&artikel=9&lid=2,bwbr0002629&artikel=9&lid=2,bwbr0002633&artikel=12&lid=2,bwbr0002633&artikel=12&lid=2

Naar de bovenkant van de pagina