Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (belanghebbende) is een waterschap en heeft als wettelijke taak het zuiveren van rioolwater. Voor de uitvoering van deze taak maakt X gebruik van rioolwaterzuiveringsinstallaties waaronder de RWZI. Voor het zuiveren van rioolwater is X niet belastingplichtig voor de omzetbelasting.

X heeft in oktober en november 2017 een zonnepark met 2.772 zonnepanelen laten aanleggen op het terrein van de RWZI. Dit zonnepark is in maart 2018 in gebruik genomen.

Het zonnepark wekt overdag meer elektriciteit op dan nodig is voor de RWZI, maar in de nacht, als de RWZI ook in gebruik is en elektriciteit verbruikt, wekt het zonnepark geen elektriciteit op, zodat elektriciteit van het elektriciteitsnet moet worden afgenomen.

In geschil is of X recht heeft op 100% aftrek van de voorbelasting op de investering in de zonnepanelen.

De Inspecteur stelt dat X alleen recht heeft op aftrek voor 58% van de voorbelasting, omdat X met de zonnepanelen alleen voor dat percentage de opgewekte stroom aan het elektriciteitsnet levert tegen vergoeding en er alleen in zoverre sprake is van gebruik voor belaste prestaties. De rest van de stroom wordt direct gebruikt door de RWZI en dat betreft een niet-economische activiteit.

Rechtbank Gelderland geeft de Inspecteur gelijk. Het beroep van X wordt ongegrond verklaard.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
oktober en november 2017
Instantie
Rechtbank Gelderland
Datum instantie
11 augustus 2020
Rolnummer
19/1135 en 19/1136
ECLI
ECLI:NL:RBGEL:2020:4034
NLF-nummer
NLF 2020/1836
Aflevering
20 augustus 2020

Naar de bovenkant van de pagina