Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (belanghebbende) woont in 2014 in Nederland. In 2009 woonde X in België.

X was in 2014 statutair bestuurder van B (nv), gevestigd in België en van een Nederlandse en Franse vennootschap. Hij heeft van alle vennootschappen beloningen ontvangen voor bestuurderswerkzaamheden.

X heeft in 2014 30.000 warrants uitgeoefend tegen een prijs van € 7,09 per warrant (totaal € 212.700). Deze warrants zijn in 2009 door B aan X toegekend.

Het belastbare inkomen uit werk en woning over 2014 van X bedraagt € 767.612. In geschil is of de Inspecteur een tegemoetkoming dubbele belasting op basis van de vrijstellingsmethode moet verlenen voor de bestuurdersbeloning die is ontvangen van B (€ 430.896), auto van de zaak (€ 16.744) en warrants (€ 212.700).

Rechtbank Den Haag oordeelt dat X op basis van het besluit van de staatssecretaris van 18 juli 2008 (CPP2007/664M) recht heeft op toepassing van de vrijstellingsmethode voor een bedrag van € 201.860,59 ter zake van de bestuurdersbeloning. Dit is het bedrag dat daadwerkelijk in België in de grondslag is begrepen en waarover van X door België een belasting naar het inkomen is geheven.

Ook voor het bedrag van de warrants bestaat recht op toepassing van de vrijstellingsmethode. Dat de warrants in 2009 en niet in 2014 in België in de belastingheffing zijn betrokken doet hieraan niet af.

Met betrekking tot het bedrag van € 16.744 ter zake van een auto van de zaak heeft X niet aangetoond dat deze beloning in de Belgische belastingheffing is betrokken die niet in begunstigende zin afwijkt van de belastingheffing van arbeidsinkomsten van buitenlandse werknemers die in die staat werkzaamheden verrichten.

Gelet op voorgaande heeft X voor een bedrag van in totaal € 414.561 (zijnde € 201.861 en € 212.700) recht op toepassing van de vrijstellingsmethode.

Metadata

Rubriek(en)
Internationaal belastingrecht
Belastingtijdvak
2014
Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum instantie
26 april 2021
Rolnummer
19/5846
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2021:5120
Auteur(s)
mr. dr. A.S. Cools
Belastingdienst
NLF-nummer
NLF 2021/1354
Aflevering
8 juli 2021
Judoreg
NFB4438

Naar de bovenkant van de pagina