Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (cv; belanghebbende) is een private-equityfonds. Zij verwerft middellijk, via door haar opgerichte bidding corporations (hierna: BidCo’s), meerderheidsbelangen in daartoe geschikt bevonden bedrijven, ook wel targets genoemd, met als doel om de aandelen in de targets op termijn met winst te verkopen. Vermogensbeheerder Y is enig bestuurder (en aandeelhouder) van de beherend vennoot van X (hierna: GP). X laat, voordat zij besluit een target over te nemen, diverse adviesdiensten uitvoeren. De facturen ter zake van de externe adviesdiensten zijn gericht aan en betaald door X. De aan de externe adviesdiensten ten grondslag liggende opdrachtovereenkomsten (engagement letters), zijn door Y ondertekend namens GP. X richt vlak voor de daadwerkelijke aankoop van de target de BidCo op en stelt voor haar een raad van commissarissen (RvC) aan.

X wenst aftrek van de voorbelasting die drukt op de externe advieskosten.

Rechtbank Noord-Holland heeft geoordeeld dat X weliswaar de afnemer is van de externe adviesdiensten, maar dat X geen prestaties in het economisch verkeer heeft verricht. X is daarom geen ondernemer en heeft geen recht op de door haar geclaimde vooraftrek.

X heeft hoger beroep ingesteld.

Hof Amsterdam verwerpt het betoog van de Inspecteur dat sprake is van een samenstel van contractuele bepalingen die de economische en commerciële realiteit niet weerspiegelen. In het bijzonder heeft de Inspecteur het zuiver artificiële karakter van de gepleegde handelingen onvoldoende onderbouwd.

Het Hof komt tot het oordeel dat X geen ondernemer is en geen recht heeft op het daarbij behorende recht op vooraftrek. Het beroep van X op het vertrouwensbeginsel en de stelling dat de Inspecteur misbruik heeft gemaakt van het procesrecht falen.

Het hoger beroep van X is ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
2017
Instantie
Hof Amsterdam
Datum instantie
19 december 2024
Rolnummer
23/402
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2024:3590
NLF-nummer
NLF 2025/0284
Aflevering
4 februari 2025

Naar de bovenkant van de pagina