Direct naar content gaan

Samenvatting

Hof Den Haag oordeelt in deze zaak (inzake aanslag IB/PVV 2015) in hoger beroep dat de Inspecteur de hoorplicht heeft geschonden. Het Hof acht aannemelijk dat X (belanghebbende) een brief van 6 maart 2021, waarin hij verzoekt te worden gehoord alvorens uitspraak op bezwaar wordt gedaan, heeft verzonden aan de Inspecteur. De ontkenning van ontvangst van deze brief door de Inspecteur berust op een blote ontkenning, terwijl hij inzicht had moeten tonen in de door hem gestelde omstandigheid dat de brief niet door de Belastingdienst ontvangen is.

Nu over de waardering van de feiten met betrekking tot de giftenaftrek nog een geschil bestond, is X, ondanks zijn verzoek daartoe, ten onrechte niet gehoord.

Het Hof wijst de zaak, met toepassing van de bestuurlijke lus (artikel 8:113, lid 2, Awb), terug naar de Inspecteur.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2015
Instantie
Hof Den Haag
Datum instantie
11 juli 2024
Rolnummer
23/492
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2024:1777
NLF-nummer
NLF 2024/2520
Aflevering
12 november 2024
bwbr0005537&artikel=7:2,bwbr0005537&artikel=7:2,bwbr0005537&artikel=8:113&lid=2,bwbr0005537&artikel=8:113&lid=2

Naar de bovenkant van de pagina