Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (belanghebbende) heeft compensatie aangevraagd voor kinderopvangtoeslag over de jaren 2009-2011, maar haar verzoek voor het jaar 2011 is afgewezen door de Dienst Toeslagen. De Dienst Toeslagen heeft geoordeeld dat er in 2011 geen sprake was van institutionele vooringenomenheid of hardheid van het toeslagenstelsel, zoals wel is vastgesteld voor de jaren 2009 en 2010 (compensatie van € 34.958).

X heeft tegen dit besluit beroep ingesteld bij Rechtbank Amsterdam en stelt dat zij vooringenomen is behandeld en dat de stopzetting van de kinderopvangtoeslag niet door haar is gedaan. De Dienst Toeslagen betwist dit en wijst op digitale bewijsstukken die aangeven dat de wijziging door X zelf is doorgevoerd.

De Rechtbank ziet geen reden om aan deze uitleg te twijfelen en oordeelt dat X niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij gedupeerd is door de gang van zaken in 2011. Bovendien stelt de Rechtbank vast dat er geen invorderingsmaatregelen waren getroffen die zouden wijzen op oneigenlijke handelingen door de Dienst Toeslagen.

De Rechtbank oordeelt dat X geen recht heeft op compensatie voor 2011 en verklaart het beroep ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Toeslagen
Belastingtijdvak
2011
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Datum instantie
4 april 2024
Rolnummer
24/880
ECLI
ECLI:NL:RBAMS:2024:1937
NLF-nummer
NLF 2024/1967
Aflevering
27 augustus 2024

Naar de bovenkant van de pagina