Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

In een KB-Lux zaak zijn aan een belastingplichtige over de jaren 1990 tot en met 2000 navorderingsaanslagen inkomsten- en vermogensbelasting opgelegd. Het Hof liet deze in stand. Volgens het Hof is er geen sprake van onrechtmatig verkregen bewijs en is de inspecteur niet verplicht de originele microfiches en de originele afdrukken, het Draaiboek en de Nieuwsbrieven ongeanonimiseerd in het geding te brengen. Tegen dit oordeel heeft de belastingplichtige cassatieberoep ingesteld. Volgens de Hoge Raad kan de inspecteur er niet mee volstaan om slechts “geschoonde” versies in het geding te brengen. Daarmee handelt hij in strijd met artikel 8.42 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De inspecteur moet op basis van dit artikel namelijk de “op de zaak betrekking hebbende stukken” aan de rechter toezenden en daartoe behoren het volledige Draaiboek en alle complete Nieuwsbrieven. De inspecteur mag daarvan slechts afwijken voor zover “gewichtige redenen“ dat verhinderen (artikel 8:29 Awb) en die redenen moet de rechter beoordelen. De zaak wordt aangehouden omdat de Hoge Raad op 21 maart 2008, (nrs. 43.050 en 43.670), aan het Europese Hof van Justitie heeft verzocht uitspraak te doen over prejudiciële vragen over de verenigbaarheid van de navorderingstermijn van artikel 16, lid 4, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen met het EG-recht. In de onderhavige zaak is nagevorderd met toepassing van die termijn. Conform A-G Wattel.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
1990-2000
Instantie
HR
Datum instantie
25 april 2008
Rolnummer
43.448
ECLI
ECLI:NL:HR:2008:BA3823
ECLI:NL:PHR:2008:BA3823
bwbid=bwbr0&artikel=8.29,bwbid=bwbr0&artikel=8:42

Naar de bovenkant van de pagina