Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (belanghebbende) is op 1 mei 2008 toegetreden tot een vof.

Op 1 oktober 2012 hebben X en de overige vennoten een recht van erfpacht op percelen grond gekocht van een derde.

In de jaarrekeningen van de vof en de aangiften IB/PVV van X vanaf het belastingjaar 2013 is het recht van erfpacht niet als zodanig geactiveerd op de balans. Op de balans is daarentegen de grond waarop het recht van erfpacht rust geactiveerd en daartegenover een schuld gepassiveerd. X heeft hiervoor aansluiting gezocht bij het arrest van de Hoge Raad van 10 april 1996 (30.637, ECLI:NL:HR:1996:AA1866) (hierna: het Fagoed-arrest).

De schuld is jaarlijks geïndexeerd. De jaarlijkse indexering is in de aangiften IB/PVV over de jaren 2014 tot en met 2016 telkens ten laste van het aan X toekomende resultaat van de vof gebracht. De Inspecteur heeft deze in aftrek gebrachte bedragen voor alle onderhavige belastingjaren gecorrigeerd naar nihil.

Dat acht Rechtbank Noord-Holland terecht.

Het onderhavige feitencomplex wijkt op essentiële punten af van de feiten die ten grondslag liggen aan het Fagoed-arrest. De vennoten hebben tegen betaling een erfpachtrecht en een kooprecht overgenomen van een derde, terwijl in het Fagoed-arrest sprake is van de verkoop van grond onder het voorbehoud van een erfpachtrecht en een terugkooprecht. X kan zich niet met succes beroepen op (de analoge toepassing van) het arrest.

Het beroep is ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2014-2016
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Datum instantie
4 april 2024
Rolnummer
22/5250; 22/5251; 22/5252; 22/5253
ECLI
ECLI:NL:RBNHO:2024:5119
NLF-nummer
NLF 2024/2743
Aflevering
10 december 2024

Naar de bovenkant van de pagina