Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (bv; belanghebbende) biedt tests op geslachtsziekten (soa’s) en het humaan pappilomavirus (hpv) aan. Hiertoe heeft zij een overeenkomst gesloten met bedrijf A, een medisch diagnostisch centrum. Met A is onder meer overeengekomen dat zij aan X de benodigde materialen voor het afnemen van een monster (testkits) verkoopt en dat zij in haar laboratorium analyses uitvoert op de ontvangen monsters om vast te stellen of sprake is van een soa of hpv. Bij A zijn BIG-geregistreerde artsen werkzaam. Bij X zelf zijn geen BIG-geregistreerde medici in dienst.

Aan X is een naheffingsaanslag omzetbelasting opgelegd.

In geschil is of X over het tijdvak 1 oktober 2021 tot en met 31 december 2021 omzetbelasting verschuldigd was.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat X één enkele economische prestatie verricht, bestaande uit het testen op de aanwezigheid van een soa dan wel hpv. Deze prestatie is op grond van artikel 11, lid 1, onderdeel g, onder 1°, onder a, Wet OB 1968 (de medische vrijstelling) naar het oordeel van de Rechtbank vrijgesteld van omzetbelasting. X heeft recht op teruggaaf van omzetbelasting over voornoemd tijdvak.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
1 oktober 2021 t/m 31 december 2021
Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum instantie
21 januari 2025
Rolnummer
24/51
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2025:1165
NLF-nummer
NLF 2025/0286
Aflevering
4 februari 2025
bwbr0002629&artikel=11&lid=1,bwbr0002629&artikel=11&lid=1

Naar de bovenkant van de pagina