Samenvatting
Het Hongaarse bedrijf Tüke Busz (hierna: X) verrichtte in 2017 openbaarvervoersdiensten (een busmaatschappij). In het kader van die activiteit heeft X om teruggaaf verzocht van de accijns op commerciële gasolie. De Hongaarse belastingdienst heeft vastgesteld dat X zijn recht op teruggaaf van accijns niet alleen had uitgeoefend voor de gasolie die het nodig had voor het door X uitgevoerde personenvervoer als zodanig, maar ook voor de gasolie die het had gebruikt tijdens de herstellings- en onderhoudsperioden die nodig waren om de exploitatie van de voertuigen te verzekeren. Volgens de Hongaarse belastingdienst is dit niet toegestaan. Daarom is het bedrag van de accijns op energieproducten voor de maanden januari tot en met december 2017 verhoogd met het bedrag van de accijns dat X had teruggevorderd met betrekking tot de brandstof die was gebruikt tijdens de herstellings- en onderhoudsperioden.
De Pécsi Törvényszék (rechter in eerste aanleg Pécs, Hongarije) heeft aan het HvJ de prejudiciële vraag gesteld of het handelen van de nationale belasting- en douanedienst al dan niet in strijd is met Richtlijn 2003/96 (herstructurering van de gemeenschappelijke regeling voor de belasting van energieproducten en elektriciteit).