Direct naar content gaan

Samenvatting

Aan X (belanghebbende) is op 7 juli 2023 de eigendom van een perceel grond met de daarop staande opstal geleverd tegen een koopsom van € 237.500. Gelijktijdig is een aangrenzend perceel tuingrond geleverd waarvan de koopsom € 13.275 bedroeg (tezamen: de onroerende zaak). De opstal is een voormalige basisschool.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt in deze procedure dat terecht 10,4% overdrachtsbelasting op aangifte is voldaan. Het beroep op de startersvrijstelling slaagt niet.

Vast staat dat X een onroerende zaak heeft verkregen die oorspronkelijk is ontworpen en gebouwd om te dienen als basisschool. Evenmin is in geschil dat X de voormalige basisschool heeft aangekocht om deze te transformeren tot woning. De enige werkzaamheid die aan de onroerende zaak voorafgaand aan de levering is verricht met het oog op het gebruik als woning, is het ombouwen van een toilet tot een douche. Dat is onvoldoende om de aard van de onroerende zaak te wijzigen. De Rechtbank acht aannemelijk dat de onroerende zaak ten tijde van de verkrijging door X zijn oorspronkelijk aard – een school – nog heeft behouden.

Metadata

Rubriek(en)
Belastingen van rechtsverkeer
Belastingtijdvak
2023
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum instantie
16 oktober 2024
Rolnummer
23/10714
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2024:7025
NLF-nummer
NLF 2024/2418
Aflevering
29 oktober 2024
bwbr0002740&artikel=15,bwbr0002740&artikel=15

Naar de bovenkant van de pagina