Direct naar content gaan

Samenvatting

In dit zogenoemde ‘Smeerkuil-arrest’ oordeelt de Hoge Raad dat een vergoeding van de werkgever aan de werknemer in verband met een ongeval niet zomaar als loon kwalificeert. Als deze vergoeding verband houdt met geleden immateriële schade en verlies aan arbeidskracht door een ongeval, kan niet gezegd worden dat deze vergoeding betaald wordt in het kader van de dienstbetrekking en dus als loon moet worden aangemerkt. Echter, er kan toch sprake zijn van loon als er bijzondere omstandigheden meespelen, zoals bepaalde gemaakte afspraken in de arbeidsovereenkomst en andere rechtspositionele regelingen. In de onderhavige zaak oordeelt de Hoge Raad dat de dienstbetrekking niet de conditio sine qua non van de schade was. Voor de vraag naar de belastbaarheid van de vergoedingen is er derhalve onvoldoende oorzakelijk verband met de dienstbetrekking, aldus de Hoge Raad.
Anders, Conclusie A-G van Soest, ECLI:NL:PHR:1983:AW9439.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Loonbelasting
Belastingtijdvak
1976
Instantie
HR
Datum instantie
29 juni 1983
Rolnummer
21.435
ECLI
ECLI:NL:HR:1983:AW9439
bwbr0002471&artikel=10&lid=1

Naar de bovenkant van de pagina