Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (belanghebbende) heeft op aangifte een bedrag van € 3.368 aan BPM voldaan ter zake van de registratie van een gebruikte Audi Q5, uitvoering 2.0 TFSI Quattro Design (hierna: de auto). De auto is voor de Amerikaanse markt gefabriceerd.

De Inspecteur heeft € 7.490 BPM nageheven. Hierbij is een CO2-uitstoot van 280 gr/km in aanmerking genomen.

Bij Hof Den Haag is primair in geschil of de Inspecteur van de juiste CO2-uitstoot is uitgegaan. Voorts is in geschil of recht bestaat op vergoeding van immateriële schade.

Tussen partijen is niet in geschil dat de auto niet in een koerslijst voorkomt en geen EG-typegoedkeuring heeft. X heeft niet aannemelijk gemaakt dat met de auto in een andere lidstaat van de weg gebruik is gemaakt. Hierop stuit het beroep op artikel 110 VWEU al af.

Een eventueel beroep op het gelijkheidsbeginsel gaat niet op. Aan de hand van de door de gemachtigde over zes exoten overgelegde informatie kan niet worden vastgesteld dat deze soortgelijk zijn aan de auto.

Niet in geschil is dat de berekening volgens de Scandinavische rekenmethode klopt. De naheffingsaanslag is terecht en tot het juiste bedrag opgelegd.

Het hoger beroep is wel gegrond omdat Rechtbank Den Haag ten onrechte heeft geoordeeld dat X geen recht heeft op vergoeding van immateriële schade (HR 31 mei 2024, 23/03227, ECLI:NL:HR:2024:775, NLF 2024/1355, met noot van Hendriks).

Metadata

Rubriek(en)
Autobelastingen
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2020
Instantie
Hof Den Haag
Datum instantie
26 juni 2024
Rolnummer
23/635
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2024:1647
NLF-nummer
NLF 2024/2434
Aflevering
29 oktober 2024

Naar de bovenkant van de pagina