Direct naar content gaan

Samenvatting

X (vof; belanghebbende), handelaar in gebruikte auto’s, is een opvolgende eigenaar van een auto. Zij heeft in september 2014 teruggaaf van € 7.185 aan BPM verzocht vanwege de export van de auto naar Duitsland en registratie in het kentekenregister aldaar.

De auto was eerder door vorige opvolgende eigenaren geëxporteerd en vervolgens weer geïmporteerd. De ter zake van die import aangegeven BPM was door de desbetreffende vorige eigenaar niet betaald. Daarom heeft de Inspecteur geweigerd aan X BPM terug te geven wegens export naar Duitsland.

De RDW heeft aan de importeur een kentekenbewijs afgegeven, ofschoon de algemeen gebruikelijke procedure is dat de RDW dit alleen doet na een ‘fiscaal akkoord’ van de Belastingdienst dat de verschuldigde BPM is betaald.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant en Hof Arnhem-Leeuwarden hebben het beroep respectievelijk het hoger beroep tegen het niet verlenen van de BPM-teruggaaf ongegrond verklaard. X betoogt in cassatie dat het hele stelsel van heffing en teruggaaf van BPM moet worden getoetst aan artikel 110 VWEU. Daarnaast zou volgens X het in strijd met artikel 110 VWEU weigeren van teruggaaf een onverenigbare inbreuk van het door artikel 1 Eerste Protocol bij het EVRM gewaarborgde eigendomsrecht opleveren.

A-G IJzerman is het niet met X eens. Hij geeft de Hoge Raad in overweging om het cassatieberoep van X ongegrond te verklaren.

BPM is een registratiebelasting: registreer je een motorrijtuig – in casu een auto – in Nederland, dan ben je BPM verschuldigd. Exporteer je de auto, dan krijg je op verzoek de rest-BPM weer terug. Maar let wel: daar zijn uiteraard voorwaarden aan verbonden. Sterk versimpeld luiden deze in artikel 14a Wet BPM en artikel 4a Uitv.besl. BPM weergegeven voorwaarden als volgt:

  1. Het is een auto van op of na 16 oktober 2006. Deze teruggaafregeling hebben we te danken aan het arrest Van de Coevering. Voorafgaand aan dit arrest ontbrak de teruggaafmogelijkheid bij export.
  2. De auto wordt geëxporteerd naar een EU-land (attentie: Brexitgevaar!)
  3. De auto wordt in dat land duurzaam geregistreerd (dit is een antimisbruikregeling, de duurzame registratie mag echter kortdurend zijn).
  4. De originele BPM is betaald. 

In deze procedure is punt 4 aan de orde: bij de herimport van de auto was BPM verschuldigd, maar deze is niet afgedragen. Kan dit de huidige eigenaar worden tegengeworpen? Mijn antwoord op deze vraag is bevestigend. Het is een gevalletje ‘jammer, maar helaas’, tenzij de Hoge Raad soelaas biedt en met een nuance komt op het arrest van 17 november 2017. Hieronder stip ik de hoofdlijnen van deze specifieke problematiek aan. De liefhebbers verwijs ik naar de lezenswaardige conclusie van de A-G.

Metadata

Rubriek(en)
Autobelastingen
Belastingtijdvak
2014
Instantie
A-G
Datum instantie
22 juli 2019
Rolnummer
18/04603
ECLI
ECLI:NL:PHR:2019:787
Auteur(s)
Heleen Elbert
Elbert Fiscaal
NLF-nummer
NLF 2019/1940
Aflevering
29 augustus 2019
Judoreg
NFB2705
bwbr0005806&artikel=14a,bwbv0001506&artikel=110

Naar de bovenkant van de pagina