Direct naar content gaan

Samenvatting

X (belanghebbende) is eigenaar van een object. Het betreft een opslagruimte/magazijn. X heeft het object op 30 mei 2022 gekocht voor € 180.000. De WOZ-waarde van het object is per 1 januari 2022 vastgesteld op € 108.000. X heeft beroep ingesteld.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat het hoorrecht is geschonden, maar ziet aanleiding dit gebrek te passeren met toepassing van artikel 6:22 Awb.

X heeft in eerste instantie gesteld dat de waarde zowel lager als hoger zou kunnen zijn. Nadat de Rechtbank de gemachtigde heeft voorgehouden dat hij niet zowel een hogere als een lagere waarde kan bepleiten, is betoogd dat de waarde van het object te hoog is vastgesteld. X bepleit een waarde van € 78.000 maar maakt deze waarde niet aannemelijk.

De Heffingsambtenaar heeft aannemelijk gemaakt dat de waarde van het object niet te hoog is vastgesteld.

Het beroep is ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Lokale heffingen
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2023
Instantie
Rechtbank Gelderland
Datum instantie
12 september 2024
Rolnummer
23/7437
ECLI
ECLI:NL:RBGEL:2024:6223
NLF-nummer
NLF 2024/2211
Aflevering
1 oktober 2024
bwbr0005537&artikel=7:2,bwbr0005537&artikel=7:2,bwbr0007119&artikel=17,bwbr0007119&artikel=17

Naar de bovenkant van de pagina