Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (belanghebbende) is geboren in 1958 en is ongehuwd. Op 14 juli 1999 heeft X een Easy Future Plan afgesloten (EFP) bij het Belgische Alpha Life, dochtervennootschap van de Generale Bank in Brussel. De huidige uitvoerder van het EFP is het Belgische AG Insurance / BNP Paribas Fortis.

De Belastingdienst heeft het EFP als box 3-bezitting beschouwd en dat acht Rechtbank Noord-Holland terecht.

Partijen verschillen van mening of het EFP een levensverzekering is.

Hof Amsterdam overweegt dat de verzekeraar bij overlijden van de verzekerde (X) een uitkering verschuldigd is die minimaal het bedrag van de gedane stortingen, verminderd met de eventueel reeds verrichte opnemingen, bedraagt, ook indien dit bedrag hoger is dan de waarde van de beleggingen, terwijl voor het overlijden slechts aanspraak gemaakt kan worden op de waarde van de beleggingen (ook indien per saldo meer is gestort). Naar het oordeel van het Hof brengt, gelet op voornoemd toetsingskader, deze omstandigheid mee dat het EFP aan te merken is als een levensverzekering.

Partijen verschillen bij die uitkomst niet van inzicht dat de waarde van deze onder het overgangsrecht vallende levensverzekering niet tot het box 3-vermogen behoort. De aan X opgelegde navorderingsaanslagen IB/PVV 2008 tot en met 2018 worden daarom verminderd.

Het hoger beroep van X is gegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2008-2018
Instantie
Hof Amsterdam
Datum instantie
22 oktober 2024
Rolnummer
23/70; 23/71; 23/72; 23/73; 23/74; 23/75; 23/76; 23/77; 23/78; 23/79; 23/80
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2024:3132
NLF-nummer
NLF 2024/2615
Aflevering
26 november 2024

Naar de bovenkant van de pagina