Samenvatting
De minister van Binnenlandse Zaken heeft het rapport van de ambtelijke werkgroep Herziening provinciaal belastinggebied naar de Tweede Kamer gezonden.
Dit rapport is de weerslag van een onderzoek naar het provinciaal belastinggebied, uitgevoerd door een breed samengestelde ambtelijke werkgroep. Een belangrijk vertrekpunt voor het onderzoek is geweest dat het provinciaal belastinggebied een solide basis moet hebben en moet behouden. De werkgroep wil het onderzoek bezien binnen de bredere context van de financiële verhoudingen tussen Rijk en medeoverheden. Het is belangrijk en noodzakelijk dat overheden samen bezien hoe – vanuit de gedachte van één overheid – de onderlinge samenwerking kan worden verbeterd en welk financieel instrumentarium passend is. Het huidige provinciaal belastinggebied is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ingesteld en bestaat vrijwel geheel uit opcenten op de motorrijtuigenbelasting (MRB). Daarmee heeft het een autobelasting als grondslag. De jaarlijkse opbrengsten bedragen in 2020 circa € 1,6 miljard, terwijl de ontvangsten uit het provinciefonds € 2,5 miljard bedragen.
De huidige MRB leidt in de uitvoering tot vraagstukken waarvoor een oplossing gevonden dient te worden. Zo heeft het kabinet Rutte-III elektrische voertuigen tot en met 2024 geheel vrijgesteld van MRB, om de CO2-uitstoot van het autoverkeer te verminderen. Voor de provincies heeft dit tot gevolg dat voor deze categorie voertuigen geen opcenten kunnen worden geheven. Tevens werkt het op dit moment verstorend op de begrotingen van de betreffende provincies dat leasemaatschappijen hun administratieve vestigingsplaats soms wijzigen, om zo van het laagste opcententarief te profiteren. Naar aanleiding van het Klimaatakkoord van 28 juni 2019 wordt momenteel door de ministeries van Financiën en van Infrastructuur en Waterstaat onderzoek gedaan naar verschillende mogelijke varianten van Betalen naar Gebruik (BnG) van infrastructuur, ook wel aangeduid als een kilometerheffing. Mocht bij de volgende kabinetsformatie worden besloten tot invoering van BnG, dan zou de MRB (geheel of gedeeltelijk) kunnen komen te vervallen en daarmee ook de grondslag voor de provinciale opcenten. Het is van belang om op dat moment reeds doordachte alternatieven voor de provinciale opcenten op de MRB gereed te hebben.