Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (belanghebbende) is geboren in India en verbleef in India tot 23 augustus 2017. Zij is op 13 juni 2017 voor het collegejaar 2017-2018 toegelaten tot een eenjarige masteropleiding aan een universiteit in Nederland. Sinds 24 augustus 2017 staat X ingeschreven in de BRP van de gemeente Z.

Op 22 juni 2017 heeft X het collegegeld van € 11.500 overgeschreven op de bankrekening van de universiteit. Zij heeft in haar aangifte IB/PVV 2017 een bedrag van € 11.500 als persoonsgebonden aftrek (scholingsuitgaven) opgenomen. De Inspecteur heeft de aftrek niet geaccepteerd.

Bij Rechtbank Noord-Holland is in geschil of dat terecht is.

X heeft niet aannemelijk gemaakt dat zij reeds op het moment van betaling van het collegegeld op 22 juni 2017 inwoner van Nederland was voor de toepassing van de Wet IB 2001. Nu X het collegegeld heeft betaald voordat zij belastingplichtig was voor de inkomstenbelasting, heeft de Inspecteur de aftrek van de scholingsuitgaven terecht geweigerd. Het beroep op het gelijkheidsbeginsel slaagt niet. De Rechtbank verklaart het beroep ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2017
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Datum instantie
28 februari 2023
Rolnummer
21/5153
ECLI
ECLI:NL:RBNHO:2023:1722
NLF-nummer
NLF 2023/0615
Aflevering
23 maart 2023

Naar de bovenkant van de pagina