Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

In november 2020 heeft een brand de loods bij het bedrijf van X (belanghebbende) verwoest. Op 8 januari 2021 diende hij bij de gemeente Terneuzen een aanvraag in voor een omgevingsvergunning om vier nieuwe loodsen en een brandvijver te bouwen, met opgegeven bouwkosten van € 625.000. De realisatie van de loodsen gebeurde door aankoop van een gedemonteerde loods, transport en plaatsing in eigen beheer op de bestaande fundering.

De gemeente ging (na bezwaar) uit van een bouwsom van € 2.248.840, wat resulteerde in legesbedragen van € 38.151 voor de bouwactiviteit en € 10.000 voor de bestemmingsplanafwijking.

Bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant stelt X primair dat de bouwkosten gelijk zijn aan de door hem werkelijk gemaakte bouwkosten van ongeveer € 625.000.

De Rechtbank overweegt dat de feitelijk door X te maken kosten voor de bouw van de loodsen niet kunnen dienen als heffingsmaatstaf en dat de opbrengstlimiet niet is overschreden.

Voorts oordeelt de Rechtbank dat de aanslag van de leges moet worden vastgesteld op basis van een aanneemsom van € 1.043.039, uitkomende op een legesbedrag van in totaal € 28.617.

Metadata

Rubriek(en)
Lokale heffingen
Belastingtijdvak
2020-2021
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum instantie
2 december 2024
Rolnummer
22/3272
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2024:8208
NLF-nummer
NLF 2025/0190
Aflevering
21 januari 2025
bwbr0005416&artikel=229b,bwbr0005416&artikel=229b

Naar de bovenkant van de pagina