Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

A is dga van een bv (hierna: X) en heeft in 2020 het gehele jaar voor X gewerkt. In december 2020 is het gebruikelijke loon voor heel 2020 in één keer uitgekeerd en is daarvoor aangifte gedaan bij de Belastingdienst.

In de periode januari 2020 tot en met november 2020 stond de dga niet op de loonlijst van X.

Dit is tijdens een controlebezoek geconstateerd. De minister van Klimaat en Groene Groei heeft daarop aan X over 2020 een correctie-S&O-verklaring afgegeven (besluit van 14 september 2022). Van de aanvankelijk 1.040 toegekende S&O-uren zijn na de controle 91 S&O-uren toegekend, wat leidt tot een correctiebedrag van € 14.804. Volgens de minister kan S&O-afdrachtvermindering alleen worden toegepast voor personen die in dienstbetrekking staan tot de aanvrager.

Naar het oordeel van het CBb heeft de minister de correctie-S&O-verklaring ten onrechte afgegeven. De minister heeft niet deugdelijk gemotiveerd waarom tussen de onderneming en de dga in de periode van januari tot en met november 2020 geen sprake was van een privaatrechtelijke dienstbetrekking en hij bijgevolg vanaf dat moment geen werknemer was van de onderneming. Het CBb acht aannemelijk dat er ook in die periode sprake was van een privaatrechtelijke dienstbetrekking. De omstandigheid, dat de Belastingdienst in het kader van de aangifte loonbelasting op grond van artikel 4, aanhef en onderdeel d, Wet LB 1964 is uitgegaan van een fictieve dienstbetrekking, doet hieraan niet af.

Het CBb herroept het besluit van 14 september 2022.

Metadata

Rubriek(en)
Overig
Civiel recht
Belastingtijdvak
2020
Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Datum instantie
18 februari 2025
Rolnummer
23/885
ECLI
ECLI:NL:CBB:2025:78
NLF-nummer
NLF 2025/0530
Aflevering
4 maart 2025

Naar de bovenkant van de pagina