Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

X (bv; belanghebbende) exploiteert een camping gelegen in de gemeente Midden-Drenthe. Op de camping kan worden overnacht tegen een vergoeding. In 2018 hebben 9.309 overnachtingen plaatsgevonden. Circa 75% van de overnachtingen heeft plaatsgevonden op plekken waarop stacaravans/chalets staan, de zogeheten jaarplaatsen. Om een (eigen) stacaravan of chalet op een dergelijke jaarplaats te kunnen plaatsen en om aldaar te kunnen verblijven en overnachten, dient door personen aan X een jaarvergoeding te worden betaald.

Bij Hof Arnhem-Leeuwarden is in geschil of de aanslag in de toeristenbelasting tot de juiste hoogte aan X is opgelegd.

X beantwoordt deze vraag ontkennend en concludeert tot vernietiging van de uitspraken van Rechtbank Noord-Nederland en van de Heffingsambtenaar, en tot vermindering van de aanslag met 75%. X stelt daartoe primair dat het belastbare feit voor de toeristenbelasting zich ten aanzien van de jaarplaatsen niet heeft voorgedaan, en subsidiair dat het gelijkheidsbeginsel als beginsel van behoorlijk bestuur is geschonden.

Het Hof bevestigt echter het oordeel van de Rechtbank. Vast staat dat de jaarvergoeding (mede) wordt betaald voor de mogelijkheid aldaar te kunnen verblijven en overnachten. Daarmee is sprake van een vergoeding als bedoeld in artikel 1 Verordening toeristenbelasting (vgl. HR 7 juni 2002, 36.316, ECLI:NL:HR:2002:AD3600). Er is ook geen sprake van een schending van het gelijkheidsbeginsel. X heeft geen enkel concreet geval kunnen aanwijzen.

Het hoger beroep is ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Lokale heffingen
Belastingtijdvak
2018
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
19 juli 2022
Rolnummer
21/00883
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2022:6291
NLF-nummer
NLF 2022/1534
Aflevering
4 augustus 2022
bwbr0005416&artikel=224,bwbr0005416&artikel=224

Naar de bovenkant van de pagina