Samenvatting
Aanpassing fbi-regime: nadere invulling vastgoedbegrip
Het voorstel in de nota van wijziging heeft betrekking op een aanpassing in het regime voor fiscale beleggingsinstellingen (fbi). Met ingang van 1 januari 2025 kwalificeren vennootschappen niet (meer) als fbi als zij direct beleggen in Nederlands vastgoed. De voorgestelde aanpassing ziet op een nadere invulling van de definitie van het begrip Nederlands vastgoed. Hiervoor is aansluiting gezocht bij de definitie van onroerende zaken in artikel 17a, onderdeel a, Wet VpB 1969. De maatregel grijpt ook aan bij de situatie dat een fbi (materieel) economisch gerechtigd is tot de voordelen uit Nederlands vastgoed.
Bijstellen proceskostenvergoeding WOZ en BPM
Naar aanleiding van het arrest van de Hoge Raad van 12 juli 2024 (23/03218, ECLI:NL:HR:2024:1060, NLF 2024/1885, met noot van Thomas) wordt de factor voor de proceskostenvergoeding in bezwaar die is ingevoerd met de Wet herwaardering proceskostenvergoedingen WOZ en BPM (hierna: Wet herwaardering) aangepast om zijn beoogde werking te behouden. De aanpassingen zorgen ervoor dat de vergoeding die in de bezwaarfase kan worden toegekend voor door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand in lijn blijft met wat bij de invoering van de Wet herwaardering bedoeld was. Het onderscheid tussen de proceskostenvergoeding voor bezwaar in belastingzaken en in overige zaken per 1 januari 2025 wordt geschrapt uit het Bpb. Enkel het hogere bedrag aan proceskostenvergoeding in overige zaken blijft over. In verband hiermee wordt de factor voor WOZ- en BPM-bezwaarzaken van 0,25 verlaagd naar 0,125.