Direct naar content gaan

Samenvatting

X (belanghebbende) woonde in 2015 in Nederland en was als ‘third mate’ in dienstbetrekking werkzaam bij een Zwitserse werkgever. Hij verrichtte zijn werkzaamheden op een schip van een gelieerde vennootschap. Dit schip wordt gebruikt voor het leggen van pijpleidingen in diverse waterdiepten.

In geschil is of de dienstbetrekking van X is uitgeoefend aan boord van een schip dat wordt geëxploiteerd in internationaal verkeer als bedoeld in artikel 15, lid 3, Verdrag Nederland-Zwitserland.

Hof Den Haag heeft geoordeeld dat uit het OESO-commentaar volgt dat internationaal verkeer ziet op het commerciële vervoer van personen of goederen in eigenlijke zin. Het schip wordt in casu geëxploiteerd voor het leggen van pijpleidingen. De activiteit van het schip betreft dus primair deze dienst. Voor, na of gedurende het verrichten van deze activiteit kan sprake zijn van het vervoer van personen of goederen, zoals het transport van pijpsecties, maar dit vervoer is bijkomstig aan de hoofdactiviteit waarvoor het schip wordt ingezet. Dergelijk vervoer kwalificeert niet als (commercieel) vervoer van personen of goederen, aldus het Hof. Artikel 15, lid 3, Verdrag Nederland-Zwitserland is daarom niet van toepassing. Nederland heeft het exclusieve heffingsrecht over de inkomsten op grond van artikel 15, lid 1, Verdrag Nederland-Zwitserland.

X heeft met vijf middelen cassatieberoep ingesteld tegen dit oordeel van het Hof. Alle vijf de middelen betogen dat sprake is van een schending van artikel 2.7, lid 1, Wet IB 2001, artikel 15, lid 3, jo. artikel 22 Verdrag Nederland-Zwitserland en artikel 10 BvdB 2001. Volgens A-G Niessen falen alle middelen en dient de Hoge Raad het cassatieberoep ongegrond te verklaren.

De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie tegen deze uitspraak verworpen onder verwijzing naar artikel 81 Wet RO (20/03228)

Metadata

Rubriek(en)
Internationaal belastingrecht
Belastingtijdvak
2015
Instantie
A-G
Datum instantie
29 april 2021
Rolnummer
20/03228
ECLI
ECLI:NL:PHR:2021:476
Auteur(s)
mr. E. Bioch
Meijburg & Co
NLF-nummer
NLF 2021/1203
Aflevering
17 juni 2021
Judoreg
NFB4395
bwbr0011353&artikel=3.22&lid=4,bwbv0004082&artikel=15,bwbv0004082&artikel=15

Naar de bovenkant van de pagina