Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

Van 2004 tot 2014 heeft de Belgische fiscus door middel van voorafgaande beslissingen in fiscale zaken (tax rulings) de belastbare winsten van in totaal 55 binnenlandse vennootschappen die tot multinationale groepen behoorden neerwaarts aangepast, een praktijk die ook wel ‘belastingvrijstelling van overwinst’ werd genoemd. Bij besluit van 11 januari 2016 heeft de Commissie vastgesteld dat deze praktijk van de Belgische fiscus een steunregeling vormde die onverenigbaar was met de interne markt en die bovendien op onwettige wijze ten uitvoer was gelegd, aangezien zij niet bij de Commissie was aangemeld. Bovendien gelastte de Commissie de terugvordering van de verstrekte steun van de begunstigden, waarvan de definitieve lijst later door België diende te worden opgesteld.

Naar aanleiding van beroepen die waren ingesteld door België en Magnetrol International, heeft het Gerecht van de EU het besluit van de Commissie bij arrest van 14 februari 2019 (gevoegde zaken T-131/16 en T-263/16, ECLI:EU:T:2019:91) nietig verklaard. De vaststelling van de Commissie dat er sprake was van een steunregeling, was volgens het Gerecht onjuist.

De Commissie heeft een hogere voorziening ingesteld tegen het arrest van het Gerecht.

A-G Kokott adviseert het HvJ om het arrest van het Gerecht te vernietigen, aangezien de Commissie in haar besluit toereikend uiteen heeft gezet dat de Belgische praktijk inzake de neerwaartse aanpassing van de winsten van een multinationale groep van vennootschappen voldoet aan de voorwaarden van een steunregeling. De A-G stelt voor de zaak terug te verwijzen naar het Gerecht. Het Gerecht moet namelijk nog beoordelen of de voorafgaande beslissingen in fiscale zaken inzake de neerwaartse aanpassing van de winst staatssteun zijn en of de terugvordering van de vermeende steun schending oplevert van met name het legaliteitsbeginsel en het beginsel van bescherming van het gewettigd vertrouwen.

Metadata

Rubriek(en)
Europees belastingrecht
Belastingtijdvak
2019
Instantie
A-G HvJ
Datum instantie
3 december 2020
Rolnummer
C‑337/19 P
ECLI
ECLI:EU:C:2020:990
Auteur(s)
Mart van Hulten
Lubbers, Boer & Douma/Tilburg University
NLF-nummer
NLF 2020/2786
Aflevering
24 december 2020
Judoreg
NFB3908
bwbv0001506&artikel=107,bwbv0001506&artikel=107,bwbv0001506&artikel=108,bwbv0001506&artikel=108

Naar de bovenkant van de pagina