Direct naar content gaan

Samenvatting

X (belanghebbende) en zus Y houden in 2019 ieder 50% van de aandelen in bv 2. Deze bv houdt alle aandelen in bv 1. De activiteiten van bv 1 bestaan uit het fokken en houden van paarden, handel in paarden, handel in bestrijdingsmiddelen en kunst- en organische meststoffen, het uitoefenen van een agrarische onderneming en een transporthandel.

De Inspecteur stelt dat bv 2 en bv 1 in 2019 verschillende betalingen hebben verricht en verstrekkingen hebben verleend aan familieleden van X, waar geen (zakelijke) tegenprestaties tegenover stonden. Hij heeft verkapte winstuitdelingen in aanmerking genomen.

In beroep is alleen nog in geschil of de volgende betalingen en verstrekkingen ook (verkapte) winstuitdelingen vormen; het beschikbaar stellen van een Sym scooter aan zus Z en het beschikbaar stellen van een veulen voor privégebruik van zus Z en de verkoopopbrengst van dit veulen.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de betalingen en verstrekkingen terecht als (verkapte) winstuitdelingen zijn aangemerkt. De Inspecteur heeft terecht en tot het juiste bedrag een navorderingsaanslag aan X opgelegd. Van gewekt vertrouwen is voorts geen sprake.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2019
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum instantie
7 augustus 2024
Rolnummer
23/3186
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2024:5459
NLF-nummer
NLF 2024/1939
Aflevering
27 augustus 2024
bwbr0011353&artikel=4.12,bwbr0011353&artikel=4.12

Naar de bovenkant van de pagina