Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Omschrijving van de maatregel
  • Iedereen tussen 18 en 40 jaar die een schenking ontvangt, heeft een vrijstelling schenkbelasting van maximaal € 102.010 (bedrag 2019) bij een schenking ten behoeve van een eigen woning. Deze vrijstelling is per schenker eenmalig. Onder schenking voor een eigen woning valt schenking voor verwerving van een eigen woning, de verbetering of het onderhoud van een eigen woning, de afkoop van rechten van erfpacht, opstal of beklemming met betrekking tot een eigen woning dan wel de aflossing van een eigenwoningschuld.
  • Zonder deze vrijstelling zou over de schenking voor zover boven de reguliere vrijstelling 10% schenkbelasting door een kind, 18% door een kleinkind respectievelijk 30% door overige verkrijgers zijn verschuldigd.
  • De per 2017 ingevoerde structurele vrijstelling beoogt een bijdrage te leveren aan de reductie van de eigenwoningschuld. Gezien de fiscale aflossingseis en de lage restschuldproblematiek neemt de relevantie van de maatregel echter af.
  • Er is gekozen voor een leeftijdsgrens van 40 jaar omdat jongere huishoudens over kleine financiële buffers beschikken en moeilijk eigen geld kunnen inzetten voor de aflossing van hun schuld en omdat deze leeftijdsgrens goed aansluit bij de werkzame jaren waarin de belastingdruk en kosten voor huishoudens het hoogst zijn. Zonder leeftijdsgrens zou het budgettaire beslag veel groter zijn en ook meer estate planning voorkomen.

De jubelton: moreel een leeg vat?

De gedachte om de ‘verruimde vrijstelling schenkbelasting eigen woning’ uit de wet te halen, zal voor weinigen als een verrassing komen. In tegenstelling tot hetgeen de notitie lijkt te doen voorkomen, bestaat deze vrijstelling al wat langer dan 2017, het jaar waarin de vrijstelling, inderdaad, ‘structureel’ werd. Het CPB vatte op p. 15 van zijn in december 2019 verschenen notitie ‘Effect van erfenissen en schenkingen op vermogensongelijkheid en de rol van belastingen’ de complete historie van deze regeling samen en wel als volgt:

‘De afgelopen jaren zijn de erf- en schenkbelasting verschillende keren veranderd. In 2010 is de tariefstructuur vereenvoudigd, en is onder andere de schenkingsvrijstelling van ouders aan kinderen van 18 tot 40 jaar voor de eigen woning geïntroduceerd. Het bedrag van deze eenmalige vrijstelling was 50.000 euro. Vanaf 2011 gold de vrijstelling ook voor het aflossen van de eigenwoningschuld en de kosten van verbouwen. In 2013 en 2014 werd de vrijstelling tijdelijk verhoogd tot 100.000 euro. Deze tijdelijke verruiming is veel gebruikt en heeft bijgedragen aan vermindering van de hypotheekschuld (Algemene Rekenkamer, 2017). Na een tussenperiode van twee jaar waarin de vrijstelling weer 50.000 euro bedroeg, werd de verhoging in 2017 permanent ingevoerd. In 2013 en 2014 gold de vrijstelling bovendien ook voor kinderen ouder dan 40, en voor schenkingen waarbij geen sprake was van een ouder-kindrelatie. De Algemene Rekenkamer (2017) heeft een gedetailleerd overzicht gemaakt van de wijzigingen en het gebruik van de verruimde vrijstelling.’

Gaandeweg de jaren is, zo weet de adviseur, deze regeling van ‘goede bedoeling’ gemuteerd in een complex leerstuk op zich, zeker in relatie tot de andere verhoogde vrijstellingen van schenkbelasting en regelingen van overgangsrecht.

Metadata

Rubriek(en)
Schenk- en erfbelasting
Schenk- en erfbelasting
Instantie
MvF
Datum instantie
18 mei 2020
Parlementair dossier
NLF-nummer
NLFs 2020/0211
Aflevering
11 juni 2020
Judoreg
NFB3415
Auteur(s)
mr. R.L.M.C. Janssen
Deloitte / Radboud Universiteit Nijmegen /Hof Den Haag

Naar de bovenkant van de pagina