Direct naar content gaan

Samenvatting

X (bv; belanghebbende) is een stamrecht-bv die is opgericht op 14 september 2011 voor het onderbrengen en beheren van een ontslaguitkering van € 130.000 die de dga heeft ontvangen van zijn voormalige werkgever. De dga heeft een stamrecht bedongen strekkende tot het doen van periodieke uitkeringen met ingang van 18 januari 2024.

De dga heeft een bedrag van in totaal € 130.000 geleend uit het vermogen van X. De volgende bedragen zijn op de navolgende data overgemaakt naar de betaalrekening van de dga: € 50.000 op 5 oktober 2011, € 20.000 op 9 oktober 2011, € 20.000 op 10 oktober 2011 en € 40.000 op 12 oktober 2011.

In geschil is of de Inspecteur terecht loonheffing heeft nageheven ter zake een afkoop van het stamrecht in het jaar 2011. De Inspecteur stelt dat gezien de onttrekkingen van in totaal € 130.000 sprake is van afkoop omdat de dga feitelijk direct de beschikking had over het gehele bedrag van het ten titel van stamrecht voldane bedrag, terwijl er onvoldoende zekerheden waren bedongen waardoor sprake was van een onzakelijke geldlening.

In casu is op 3 oktober 2013 wel een overeenkomst van geldlening opgesteld, maar die is pas opgemaakt naar aanleiding van een door de Belastingdienst in 2013 ingesteld bedrijfsonderzoek. Voor zover X (nog) verdedigt dat deze overeenkomst al op 1 oktober 2011 is opgemaakt acht Hof Amsterdam dit onaannemelijk. Onder de omstandigheden van dit geval, waarbij X het geld feitelijk aan haar dga heeft overgemaakt zonder daartegenover staande vergoeding en zonder dat zij wist of en, zo ja, wanneer het zou worden terugbetaald, vormt het ter beschikking stellen van het geld aan de dga een belaste afkoop van het stamrecht. Er is geen aanleiding om van heffing in 2011 af te zien, aldus het Hof.

Rechtbank Noord-Holland heeft de naheffingsaanslag terecht verminderd tot een bedrag van € 67.600, zijnde 52% van de grondslag van € 130.000. Het hoger beroep is ongegrond.

De Hoge Raad heeft op het beroep in cassatie tegen deze uitspraak verworpen onder verwijzing naar artikel 81 Wet RO (19/01322)

Metadata

Rubriek(en)
Loonbelasting
Belastingtijdvak
2011
Instantie
Hof Amsterdam
Datum instantie
30 januari 2019
Rolnummer
18/00132
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2019:519
NLF-nummer
NLF 2019/1315
Aflevering
6 juni 2019
bwbr0002471&artikel=19b,bwbr0002471&artikel=19b

Naar de bovenkant van de pagina