Direct naar content gaan

Samenvatting

Een vennootschap heeft dividend ter beschikking gesteld en daarop dividendbelasting ingehouden en afgedragen. Eén van de aandeelhouders eist zijn dividend niet op. Na vijf jaar is de dividendvordering verjaard en besluit de vennootschap om een bedrag gelijk aan het niet-opgeëiste dividend aan haar (overige) aandeelhouders ter beschikking te stellen.

Vragen
  1. Heeft de vennootschap recht op teruggaaf van de afgedragen dividendbelasting na de verjaringstermijn van vijf jaar?
  2. Verhoogt de vrijval van de dividendbelastingschuld het fiscaal erkend kapitaal?
  3. Kwalificeert de terbeschikkingstelling van een bedrag gelijk aan het niet opgeëist dividend als een opbrengst als bedoeld in artikel 3 Wet DB 1965 en dient dividendbelasting te worden ingehouden?
Antwoorden
  1. Nee, de vennootschap heeft geen recht op teruggaaf van de afgedragen dividendbelasting na de verjaringstermijn. Het dividend is eerder ter beschikking gesteld en er is dus terecht dividendbelasting ingehouden en afgedragen. De verjaring van de dividendvordering verandert dit niet.  
  2. Ja, het fiscaal erkend kapitaal wordt verhoogd met het bedrag van het niet-opgeëiste dividend.
  3. Of het ter beschikking stellen van een bedrag gelijk aan het niet opgeëiste dividend kwalificeert als een opbrengst als bedoeld in artikel 3 Wet DB 1965 en of er dividendbelasting geheven moet worden, is afhankelijk van de vormgeving van die terbeschikkingstelling. Onder omstandigheden zal dividendbelasting ingehouden moeten worden.

Metadata

Rubriek(en)
Dividendbelasting
Belastingtijdvak
2025 e.v.
Instantie
Belastingdienst
Datum instantie
7 maart 2025
Rolnummer
KG:24:2025:2
NLF-nummer
NLF 2025/0575
Aflevering
11 maart 2025
bwbr0002515&artikel=3,bwbr0002515&artikel=3

Naar de bovenkant van de pagina