Direct naar content gaan

Samenvatting

Dit besluit (Stcrt. 2023, 15037) wijzigt het Besluit Bestuurlijke Boeten Belastingdienst. De wijzigingen worden aangebracht naar aanleiding van het arrest van de Hoge Raad van 24 september 2021 (19/01550, ECLI:NL:HR:2021:1351). In paragraaf 24 en 28 wordt vastgelegd wanneer een boete achterwege blijft en paragraaf 24a vervalt.

Centraal in dit arrest staat artikel 10a AWR. In combinatie met artikel 15 Uitv.besl. OB 1968 maakt deze bepaling dat een belastingplichtige die onjuistheden of onvolledigheden in zijn (haar) aangiften omzetbelasting ontdekt, verplicht is dit te melden via een suppletieaangifte. Deze suppletieaangifte dient zo spoedig mogelijk plaats te vinden en voordat belastingplichtige weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat de Inspecteur met de onjuistheid bekend is of zal worden. Het opzettelijk of grofschuldig niet voldoen aan deze verplichting vormt een overtreding waarvoor de Inspecteur een bestuurlijke boete kan opleggen van ten hoogste 100% van het bedrag aan belasting dat als gevolg van het niet nakomen van deze verplichting niet is of zou zijn geheven.

De gewijzigde beleidsregels zijn gunstiger voor de belanghebbende en kunnen daarom óók worden toegepast op beboetbare feiten die zijn begaan vóór de inwerkingtredingsdatum van dit besluit, mits ter zake van deze feiten op het moment van inwerkingtreding van dit besluit nog geen boete is opgelegd of de boetebeschikking nog niet onherroepelijk vaststaat.

Dit besluit treedt op 2 juni 2023 in werking.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2023 e.v.
Instantie
MvF
Datum instantie
17 mei 2023
Rolnummer
2023-110608
Auteur(s)
mr. N. van den Hoek
Jaeger Advocaten-belastingkundigen
NLF-nummer
NLF 2023/1373
Aflevering
22 juni 2023
Judoregnummer
JCDI:NFB5828
bwbr0002320&artikel=10a,bwbr0002320&artikel=67c&lid=1,bwbr0002633&artikel=15,bwbr0002320&artikel=10a,bwbr0002633&artikel=15

Naar de bovenkant van de pagina