Direct naar content gaan

Samenvatting

Er zijn geen wettelijke regels over het horen van anonieme getuigen in belastingzaken. Het is daardoor ook onzeker of dat überhaupt wel mogelijk is. De wetgever zou die regels kunnen stellen. Deze suggestie aan de wetgever doet de Hoge Raad in het onderhavige arrest.

X (belanghebbende) exploiteert een uitzendbureau en heeft afdrachtvermindering onderwijs geclaimd. De Inspecteur heeft dit geweigerd en heeft aan X naheffingsaanslagen loonheffingen over 2010 en 2011 opgelegd.

X heeft Hof Den Haag verzocht om anonieme getuigen te horen. Zij deed dit verzoek omdat zij bang was dat de Belastingdienst die getuigen naheffingsaanslagen en boetes zou opleggen als hun identiteit bekend zou worden. Het Hof wees het verzoek af, waarop X cassatieberoep heeft ingesteld.

De Hoge Raad oordeelt dat het Hof het verzoek terecht heeft afgewezen. Naar de letter van de wet heeft de belastingrechter niet de mogelijkheid om getuigen te horen zonder dat partijen de naam van die getuigen weten, ook niet in gevallen waarin de getuige zich door het afleggen van een verklaring zou blootstellen aan gevaar. Dat roept de vraag op of de belastingrechter wel de vrijheid heeft om anonieme getuigen te horen. Het zou wellicht op de weg van de wetgever liggen om hierover regels te stellen. In de onderhavige zaak gaat het uitdrukkelijk niet om een geval waarin een partij op schrift gestelde verklaringen in het geding wil brengen. De Hoge Raad oordeelt verder dat áls het in belastingzaken al mogelijk is om anonieme getuigen te horen, deze mogelijkheid sterk begrensd moet zijn conform de in Nederland geldende regels. Het horen van een anonieme getuige beperkt de partij die de identiteit van de getuige niet kent in de mogelijkheden de geloofwaardigheid van die getuige ter discussie te stellen. Zo’n beperking is slechts toelaatbaar indien zij strikt noodzakelijk is. Het door X gestelde risico dat de Belastingdienst aan de getuigen naheffingsaanslagen en boetes zou opleggen, is in ieder geval geen gevaar dat zou rechtvaardigen om die getuigen te horen zonder dat hun identiteit bekend wordt gemaakt. Het Hof heeft de naheffingsaanslagen dan ook terecht gehandhaafd. Het cassatieberoep wordt ongegrond verklaard.

Conform Conclusie A-G Niessen.

In de fiscale procespraktijk is behoefte ontstaan aan richtlijnen over de anonieme getuige. Een behoefte als gevolg van de intrede van het fenomeen van de geheime informant. De tipgeverszaak over gestolen bankinformatie bij onder andere Rabobank Luxemburg was een van de eerste. Begin april van dit jaar volgde Credit Suisse. De staatssecretaris verwacht dat steeds vaker gebruik zal worden gemaakt van informatie van anonieme tipgevers. Overigens heeft in de onderhavige zaak niet de Inspecteur maar de belanghebbende verzocht om de getuigen anoniem te horen, uit vrees voor naheffingen met boetes voor die getuigen. 

Het wettelijke kader van de Awb

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2010-2011
Instantie
HR
Datum instantie
23 november 2017
Rolnummer
16/04810
ECLI
ECLI:NL:HR:2017:2986
Auteur(s)
Mark Hendriks
FT-advocaten
NLF-nummer
NLF 2017/2872
Aflevering
7 december 2017
Judoreg
NFB996
bwbr0005537&artikel=8:33,bwbr0005537&artikel=8:33,bwbr0005537&artikel=8:60,bwbr0005537&artikel=8:60,bwbr0005537&artikel=8:33&lid=3

Naar de bovenkant van de pagina