Samenvatting
De Poolse gemeente O heeft verzocht om uitlegging van de belastingwetgeving in een individuele zaak betreffende de btw en de vraag of zij voor diensten in verband met de installatie van HEB-systemen als btw-plichtige moet worden aangemerkt. De gemeente heeft samen met drie andere gemeenten een partnerschapsovereenkomst voor een project betreffende de installatie van HEB-systemen op het grondgebied van deze vier gemeenten gesloten. In het kader van het project zullen op de onroerende goederen van bewoners en rechtspersonen fotovoltaïsche panelen, luchtwarmtepompen voor de verwarming van proceswater en zonnecollectoren worden geïnstalleerd. De gemeente heeft overeenkomsten gesloten met natuurlijke personen die de eigenaren van dergelijke onroerende goederen zijn. Deze eigenaren sluiten zich krachtens de overeenkomst met de gemeente vrijwillig bij het project aan. De gemeente heeft de directeur van de belastingdienst gevraagd of de door de vastgoedeigenaren betaalde eigen bijdrage en de door de gemeente verkregen subsidie aan de btw zullen worden onderworpen, gelet op het feit dat de gemeente met betrekking tot de installatie van de HEB-systemen niet als btw-plichtige optreedt. Volgens haar zijn de verrichte diensten niet aan de btw onderworpen, omdat zij worden verricht in het kader van een publiekrechtelijke regeling en niet in het kader van een economische activiteit. Bijgevolg vormen de eigen bijdrage en de subsidie geen vergoeding voor belastbare diensten.
Over de vraag of dit standpunt juist is, heeft de Naczelny Sąd Administracyjny (Polen) aan het HvJ prejudiciële vragen gesteld.