Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie(35)
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent(1)

Samenvatting

Câmpean heeft in Roemenië een in Duitsland gekocht tweedehands motorvoertuig laten registreren. Voor die registratie heeft zij op 18 januari 2012 een bedrag van 2 737 RON (ongeveer € 615) betaald.
Bij beschikking van 3 februari 2014, Câmpean en Ciocoiu (C 97/13 en C 214/13, niet gepubliceerd, EU:C:2014:229), heeft het Hof van Justitie (HvJ) voor recht verklaard dat artikel 110 VWEU aldus moet worden uitgelegd dat het zich verzet tegen deze heffing.
De Roemeense regelgeving bepaalt alsdan dat de teruggaaf van het ten onrechte geïnde bedrag wordt gespreid over een tijdvak van vijf jaar met annuïteiten van 20% van het gevorderde totale bedrag en van de rente en de gerechtskosten.
Deze teruggaafregeling is slechter dan de teruggaafregeling die geldt voor vergelijkbare, op schending van bepalingen van intern recht gebaseerde beroepen.
Dit is in strijd met het beginsel van loyale samenwerking, het gelijkwaardigheidsbeginsel en het doeltreffendheidsbeginsel, aldus het HvJ.
Conform conclusie A-G Szpunar.

Metadata

Rubriek(en)
Autobelastingen
Belastingtijdvak
2012
Instantie
HvJ
Datum instantie
29 juni 2016
Rolnummer
C-200/14
ECLI
ECLI:EU:C:2016:494
bwbr-vweu &&artikel=110

Naar de bovenkant van de pagina