Direct naar content gaan

Samenvatting

X (belanghebbende) heeft in 2019 € 735 aan BPM op aangifte voldaan op basis van een taxatierapport. Daarbij is de handelsinkoopwaarde in onbeschadigde staat van de auto vastgesteld op € 23.250. De handelsinkoopwaarde in beschadigde staat is vastgesteld op € 4.000.

De Inspecteur heeft op basis van een hertaxatie een bedrag van € 3.954 aan BPM nageheven.

Rechtbank Gelderland heeft overwogen dat de gestelde schade reeds voor de aangifte was hersteld, dat de auto niet meer dan normale gebruiksschade had, dat de auto wel voorkomt op een in de handel algemeen toegepaste koerslijst, en dat X derhalve geen gebruik kan maken van de taxatiemethode. Dit brengt mee dat ook geen aanvullende vermindering wegens het schadeverleden kan worden toegepast. Verder heeft de Rechtbank geoordeeld dat de Inspecteur in strijd met het verbod op willekeur heeft gehandeld en dat X daarom ook bij toepassing van de koerslijst Eurotax aanspraak kan maken op een correctie van 15% wegens ‘bijstelling markt- en dealersituatie’. Dit leidt tot een handelsinkoopwaarde van € 25.031 en een daaruit voortvloeiende naheffingsaanslag van € 3.784, aldus de Rechtbank.

Hof Arnhem-Leeuwarden verklaart het door X tegen dit oordeel ingestelde hoger beroep uitsluitend gegrond omdat de Rechtbank niet heeft beslist op het verzoek om een immateriële schadevergoeding. Aan X komt een schadevergoeding toe van € 500, te vergoeden door de Inspecteur.

Het incidentele cassatieberoep van de Inspecteur blijft zonder gevolgen.

Metadata

Rubriek(en)
Autobelastingen
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2019
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
20 augustus 2024
Rolnummer
22/2333
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2024:5335
NLF-nummer
NLF 2024/1957
Aflevering
27 augustus 2024
bwbr0005806&artikel=10,bwbr0005806&artikel=10

Naar de bovenkant van de pagina