Direct naar content gaan

Samenvatting

De Duitse gemeente A heeft een kuuroord laten bouwen en heft toeristenbelasting op grond van een gemeentelijk statuut voor de terbeschikkingstelling van de kuurfaciliteiten. Deze faciliteiten zijn vrij toegankelijk voor inwoners van de gemeente. Met de inkomsten van de toeristenbelasting heeft A de bouw, het onderhoud en de renovatie van kuurfaciliteiten (achteraf) gefinancierd. In de btw-aangiften over de litigieuze jaren heeft A de toeristenbelasting als een vergoeding voor een aan btw onderworpen activiteit (kuurbedrijf) beschouwd en de voorbelasting over alle toerismegerelateerde diensten in een eerder stadium afgetrokken. Na uitvoering van een belastingcontrole heeft de Duitse belastingdienst de afgetrokken voorbelasting aanzienlijk verlaagd en aan A naheffingsaanslagen omzetbelasting opgelegd.

In geschil is of A, als publiekrechtelijke rechtspersoon, een activiteit als ondernemer verricht en daarom recht heeft op aftrek van voorbelasting ter zake van de bouw van het kuuroord.

Het Bundesfinanzhof (de verwijzende rechter) acht het niet uitgesloten dat sprake is van een economische activiteit en heeft hierover aan het HvJ prejudiciƫle vragen gesteld.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
2009-2012
Instantie
HvJ
Datum instantie
20 juli 2022
Rolnummer
C-344/22
NLF-nummer
NLF 2022/1543
Aflevering
11 augustus 2022
bwbv0001506&artikel=267,bwbv0001506&artikel=267,celex32006l0112&artikel=2,celex32006l0112&artikel=2

Naar de bovenkant van de pagina