Memorie van toelichting: algemeen deel p. 28-29, artikelsgewijze toelichting p. 74
21 september 2021
Noot bij voorstel van wet en memorie van toelichting
Al enige jaren wordt vanuit de praktijk maar ook vanuit de politiek aangegeven dat de werking van de energiebelasting momenteel een belemmering kan vormen voor verdere investeringen in de opslag van energie. Het opslaan van energie draagt bij aan de gewenste energietransitie. Zonder het gebruik van batterijen/accu’s kan duurzame opgewekte energie verloren gaan. Voorts kunnen dergelijke opslagfaciliteiten zorgen voor het opvangen van een piekbelasting van het net.
Voor de Nederlandse energiebelasting is de levering van aardgas en elektriciteit via een aansluiting aan de verbruiker het primaire belastbaar feit. Binnen deze systematiek kan echter dubbele heffing van energiebelasting optreden. Voorgesteld wordt om de levering van elektriciteit aan een energieopslagfaciliteit (bijvoorbeeld een batterij) onder voorwaarden niet aan te merken als een belaste levering voor de energiebelasting. Hiermee wordt voorkomen dat bij elektriciteitsopslag in de keten tweemaal energiebelasting wordt geheven over de levering van elektriciteit. Namelijk eenmaal over de levering aan de energieopslagfaciliteit en nogmaals wanneer de elektriciteit na opslag verderop in de keten wordt geleverd aan een verbruiker. Door de voorgestelde wetswijziging wordt de eerste levering – de levering aan de energieopslagfaciliteit – niet aangemerkt als een belaste levering voor de energiebelasting.
Artikel 50 Wbm
1De belasting wordt geheven ter zake van de levering van aardgas of elektriciteit via een aansluiting aan de verbruiker, alsmede ter zake van de levering van aardgas via een aansluiting aan een CNG-vulstation.2Indien de verbruiker, bedoeld in het eerste lid, via een aansluiting elektriciteit op het distributienet heeft ingevoed ter zake waarvan artikel 31c, eerste en tweede lid, van de Elektriciteitswet 1998 wordt toegepast, is het eerste lid van toepassing op het positieve saldo van de via de aansluiting geleverde elektriciteit minus de via de aansluiting ingevoede elektriciteit.3De belasting wordt voorts geheven ter zake van:
de levering, anders dan via een aansluiting, van aardgas of elektriciteit aan de verbruiker, of van aardgas aan een CNG-vulstation;
het verbruik van aardgas of elektriciteit, indien dit product is verkregen door tussenkomst van een gasbeurs of elektriciteitsbeurs;
het verbruik van aardgas of elektriciteit door degene die leveringen aan de verbruiker verricht of het verbruik van elektriciteit door een organisatorische eenheid die een energieopslagfaciliteit exploiteert;
het verbruik van aardgas of elektriciteit, indien het aardgas of de elektriciteit is verkregen op andere wijze dan door een levering.
4Indien een levering van aardgas of elektriciteit wordt verricht aan een organisatorische eenheid die zich bezighoudt met het leveren van aardgas of elektriciteit of die een energieopslagfaciliteit exploiteert dan wel aan een verbruiker die op zijn beurt het geleverde aardgas of de geleverde elektriciteit levert aan een verbruiker, wordt eerstgenoemde levering niet aangemerkt als een levering als bedoeld in het eerste lid of het derde lid, onderdeel a.5Het derde lid, onderdeel a, is niet van toepassing met betrekking tot de levering van elektriciteit aan een huurder van een woning, voor zover die elektriciteit door de verhuurder van die woning is opgewekt door middel van hernieuwbare energiebronnen, waarbij de productie-installatie is aangebracht op of aan het gebouw met toebehoren waarvan de woning onderdeel uitmaakt, dan wel op of aan de bij dat gebouw behorende grond met toebehoren.6Het derde lid, onderdelen c en d, is niet van toepassing met betrekking tot het verbruik van:
elektriciteit die de verbruiker heeft opgewekt door middel van hernieuwbare energiebronnen, met uitzondering van elektriciteit uit biomassa die niet als zuivere biomassa wordt aangemerkt;
elektriciteit die de verbruiker heeft opgewekt door middel van een noodinstallatie in geval van storingen bij de levering via het distributienet;
stortgas, rioolwaterzuiveringsgas of biogas dat de verbruiker heeft gewonnen;
elektriciteit die de verbruiker heeft opgewekt door middel van een installatie voor warmtekrachtkoppeling.
7Bij of krachtens op voordracht van Onze Minister vast te stellen algemene maatregel van bestuur worden voorwaarden en beperkingen gesteld waaraan een organisatorische eenheid die een energieopslagfaciliteit exploiteert moet voldoen.78Bij regeling van Onze Minister worden nadere regels gesteld ten behoeve van de uitvoering van dit artikel.
Metadata
Rubriek(en)
Milieu- en energieheffingen Milieu- en energieheffingen