Direct naar content gaan

Samenvatting

X (belanghebbende) was dga van A (bv). De dagelijkse kantoorleiding van A was in handen van haar dochter. A is opgericht in 2015 en exploiteerde een administratie- en belastingadviesbureau. Zij is per 1 november 2018 ontbonden.

X verhuurt een gedeelte van haar woning aan A voor € 1.700 per maand.

Naar aanleiding van een boekenonderzoek zijn aan X navorderingsaanslagen IB/PVV over de jaren 2015-2018 opgelegd. Daarbij zijn de inkomsten gecorrigeerd voor de ontvangen huurpenningen en ontvangen vergoedingen voor het schoonhouden van de aan A verhuurde kamers.

Hof Arnhem-Leeuwarden verwerpt het standpunt van X dat de controle bij de bv en de daaruit voortvloeiende navorderingsaanslagen zijn voortgekomen uit de registratie van X in het databestand FSV of eventuele betrokkenheid bij project 1043.

Vast staat dat X jaarlijks € 6.000 (2015 tot en met 2017) en € 4.500 (2018) van A heeft ontvangen voor het schoonhouden van de door A gehuurde kamers. De door X ontvangen vergoedingen houden verband met de door haar verrichte schoonmaakwerkzaamheden, zodat de Inspecteur deze vergoedingen terecht tot het loon heeft gerekend. Voorts heeft de Inspecteur terecht de huurinkomsten aangemerkt als resultaat uit een werkzaamheid.

Het hoger beroep is ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2015-2018
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
23 juli 2024
Rolnummer
22/1744; 22/1745; 22/1746; 22/1747; 22/1748; 22/1749; 22/1750; 22/1751
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2024:4874
NLF-nummer
NLF 2024/1941
Aflevering
27 augustus 2024
bwbr0011353&artikel=3.90,bwbr0011353&artikel=3.90

Naar de bovenkant van de pagina