Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

De onderhavige zaak heeft betrekking op aangiften BPM ter zake van 100 auto’s. Rechtbank Noord-Holland heeft aan X (bv; belanghebbende) voor deze 100 beroepen eenmaal € 360 aan griffierecht in rekening gebracht.

In geschil is onder meer of de door X op aangifte voldane BPM in strijd met het Europese recht is geheven.

Ten aanzien van de auto’s waarbij de datum eerste toelating is gelegen vóór 1 september 2017 is er volgens X mogelijk te veel belasting geheven. Zij verwijst ter onderbouwing naar het oordeel van deze Rechtbank van 30 juli 2021, ECLI:NLRBNHO:2021:6452.

De Rechtbank geeft X op dit punt gelijk en oordeelt dat de op aangifte voldane belasting mogelijk te hoog is geweest met betrekking tot de auto’s met een datum eerste toelating op een tijdstip waarop de CO2-uitstoot op een andere wijze werd gemeten dan bij de aangifte bij invoer. De Rechtbank bepaalt in goede justitie dat de CO2-uitstoot met 6 gram per kilometer verlaagd dient te worden.

Metadata

Rubriek(en)
Autobelastingen
Belastingtijdvak
2019
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Datum instantie
8 augustus 2022
Rolnummer
21/2787 e.a.
ECLI
ECLI:NL:RBNHO:2022:7174
NLF-nummer
NLF 2022/1740
Aflevering
8 september 2022

Naar de bovenkant van de pagina