Direct naar content gaan

Samenvatting

De WOZ-waaarde van een woning is voor het belastingjaar 2006 aanvankelijk vastgesteld op 663.000 euro en door de Rechtbank verminderd tot 604.000 euro. Het Hof heeft geen aanleiding gezien om de waarde verder te verminderen. Wel heeft het de heffingsambtenaar tot een bedrag van 4 euro veroordeeld in de proceskosten van de eigenaar van de woning en heeft het bepaald dat de heffingsambtenaar het griffierecht moet vergoeden.
Het cassatieberoep van de eigenaar is gericht tegen het oordeel van het Hof dat er geen aanleiding bestaat om naast vergoeding van het betaalde griffierecht, ook vergoeding van rente daarover te gelasten bij wijze van schadevergoeding.
De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep ongegrond. De grondslag voor vergoeding van griffierecht is gelegen in artikel 8:74 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb). Die bepaling voorziet alleen in een vergoeding van het (nominale) bedrag van het betaalde griffierecht, en niet in een vergoeding van rente daarover. Aangezien in artikel 8:74 Awb uitputtend is geregeld welke mogelijkheden de bestuursrechter heeft om een partij te veroordelen tot vergoeding van het griffierecht is voor een aanvullende vergoeding van rente over het betaalde griffierecht bij wege van schadevergoeding op grond van artikel 8:73 Awb geen plaats.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2006
Instantie
HR
Datum instantie
24 september 2010
Rolnummer
09/03257
ECLI
ECLI:NL:HR:2010:BN8049
bwbr0005537&artikel=8:73,bwbr0005537&artikel=8:74,bwbr0005537&artikel=8:74&lid=1

Naar de bovenkant van de pagina