Direct naar content gaan

Samenvatting

X (belanghebbende) is een fiscale eenheid waarvan A deel uitmaakt. A houdt zich bezig met Business Process Outsourcing en verleent onder andere IT-diensten aan afnemers in de financiële sector.

In geschil is of diensten met betrekking tot het betalingsverkeer, die A ten behoeve van bedrijf B verricht (de betalingsverkeerdiensten), vallen onder de vrijstelling van artikel 11, lid 1, aanhef en onderdeel j, onder 2°, Wet OB 1968 (hierna: de vrijstelling). Het betreft het uitvoeren van de betalingsverkeerprocessen en de hiervoor noodzakelijke IT-infrastructuur en -processen.

X maakt niet aannemelijk dat de betalingsverkeerdiensten juridische en financiële wijzigingen meebrengen. Het betreft handelingen van louter technische en administratieve aard. Rechtbank Den Haag concludeert dat de vrijstelling niet op de betalingsverkeerdiensten van toepassing is. Het fiscale neutraliteitsbeginsel staat aan deze conclusie niet in de weg. X kan voorts geen vertrouwen ontlenen aan een brief van de Belastingdienst aan de Nederlandse Vereniging van Banken, gedateerd 23 oktober 2012.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
december 2020
Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum instantie
1 maart 2023
Rolnummer
22/332
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2023:3524
NLF-nummer
NLF 2023/0688
Aflevering
30 maart 2023
bwbr0002629&artikel=11&lid=1,bwbr0002629&artikel=11&lid=1,bwbr0002629&artikel=11&lid=1

Naar de bovenkant van de pagina